A. Maak de stang los van de aandrijfkop.
B. Schakel de motor in en rij achteruit tot het
uiteinde van de ingangssleuf.
C. Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende
onderdelen tot stilstand zijn gekomen.
D. Bevestig een andere stang en herhaal stap 11 tot
14.
Het gat ruimen
1. Graaf de boorbeitel voorzichtig uit met een schop tot
de boorbeitel kan worden verwijderd
1. Voetpad of oprit
2. Uitgangssleuf
3. Uitgegraven put rond
boorbeitel
2. Verwijder de boorbeitel en bevestig de ruimer
6).
3. Bevestig de kabel of leiding die u wilt plaatsen aan de
wartel op het uiteinde van de ruimer
4. Schakel de motor in en trek de hendel van de
hulphydrauliek naar achteren om de ruimer te starten.
5. Verplaats de tractie-eenheid langzaam naar achteren
terwijl de ruimer in de grond gaat.
Belangrijk: Rij niet te snel; dwing de ruimer niet
door de grond. Laat de ruimer in eigen tempo in
de grond gaan. Duw of trek de ruimer nooit door
de grond wanneer de aandrijfkop niet draait.
6. Wanneer een stangkoppeling ongeveer 15 cm in de
ingangssleuf zit of wanneer de ruimer volledig in de
sleuf zit met zowat 15 cm van de kabel of leiding,
stopt u de tractie-eenheid. Zet de hendel van de
hulphydrauliek in neutraal en schakel de motor uit.
7. Als de ruimer de uitgangssleuf nog niet bereikt heeft,
doet u het volgende:
A. Maak de stang los van de aandrijfkop met de stang
nog in de grond.
(Figuur
Figuur 6
4. Ruimer
5. Wartel
(Figuur
B. Schakel de motor in en rij naar het voorste
C. Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende
D. Bevestig de aandrijfkop aan de as van de stang
E. Herhaal stap 4 tot 7.
8. Terwijl de ruimer en kabel/leiding in de ingangssleuf
zitten, neemt u de kabel of leiding van de ruimer.
6).
g008478
(Figuur
6).
8
uiteinde van de ingangssleuf.
onderdelen tot stilstand zijn gekomen.
in de grond.