5 - Bediening
Reiniging van hoofdtank en vloeistofsysteem: algemeen
Onderstaand wordt de reinigingsprocedure in algemene termen beschreven.
μ
LET OP! Een grondige reiniging van de veldspuit is nodig bij overgang naar gewassen die erg gevoelig zijn voor de
zojuist gebruikte spuitmiddelen, of voorafgaand aan opslag gedurende langere tijd.
÷
N.B.! Voorafgaand aan de voorgeschreven reiniging:
• Voer een standaard reiniging uit.
• Gebruik de juiste beschermende kleding. Kies zo nodig het juiste reinigingsmiddel en de juiste neutraliserende
stof voor het reinigen.
• Spoel en reinig de buitenkant van de veldspuit en de trekker. Gebruik zo nodig een reinigingsmiddel.
1. Verwijder de zeef van de hoofdtank om bij het spoelen te voorkomen dat dit deel van de hoofdtank wordt
overgeslagen.
2. Spoel de tank van binnen terwijl de pomp draait. Vergeet bij het reinigen de bovenkant van de hoofdtank niet. Spoel
alle onderdelen en alle apparatuur die in aanraking zijn geweest met de chemicaliën en zet ze even aan. Besluit
voordat u de sectiekranen opent en de vloeistof eruit spuit of dit weer in het veld gedaan moet worden of boven de
zinkput.
3. Zet nadat de vloeistof is uitgespoten de pomp uit en vul de tank voor ten minste 1/5 met schoon water. Let op: Bij
sommige chemicaliën is het nodig de tank helemaal te vullen. Voeg het juiste reinigingsmiddel en/of de juiste
neutraliserende stof toe. Voor het reinigen van de spuit worden speciale reinigingsmiddelen geadviseerd, omdat
bepaalde soorten ook de kogelkranen enz. smeren.
4. Zet de pomp aan en bedien alle functies, zodat de vloeistof alle onderdelen kan bereiken. Bedien tenslotte de
sectiekranen. Sommige reinigingsmiddelen en neutraliserende stoffen werken het best als u ze een tijdje in de tank
laat zitten. Kijk hiervoor op het label.
5. Maak de tank leeg en laat de pomp drooglopen. Spoel de tank van binnen, laat daarbij de pomp weer drooglopen.
6. Zet de pomp uit. Als de gebruikte bestrijdingsmiddelen de neiging hebben doppen en filters te verstoppen,
demonteer deze dan onmiddellijk en reinig ze.
7. Verwijder het EasyClean-zuigfilter (aanzuiging) en het cycloonfilter (druk) en reinig het filtergaas. Pas op dat u het
filtergaas niet beschadigt.
8. Monteer alle filters en doppen weer en sla de veldspuit op. Als u uit ervaring weet dat de oplosmiddelen in de
bestrijdingsmiddelen bijzonder agressief zijn, sla de veldspuit dan op met geopend tankdeksel.
μ
LET OP! Het is aan te raden de rijsnelheid te verhogen (te verdubbelen indien mogelijk) en de druk te verlagen naar
1,5 bar wanneer u de verdunde overgebleven vloeistof over het zojuist bespoten veld spuit.
μ
LET OP! Volg eventuele reinigingsvoorschriften op het chemicaliënlabel.
μ
LET OP! Als de veldspuit is gereinigd met een hogedrukreiniger, is het verstandig de hele machine te smeren.
132