— — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
ELEMENTAIRE STEKEN
U gebruikt rechte steken om normale naden te naaien. Er zijn drie elementaire steken beschikbaar.
Steek
Links
Midden
Drievoudige
stretchsteek
*Acht.: Achteruit **Verst.: Versteviging
VOORZICHTIG
Schakel de machine uit voordat u de persvoet verwisselt. Anders kunt u letsel oplopen wanneer u per
ongeluk het voetpedaal of de toets
Elementaire steken
a
Rijg of speld de stukken stof aan elkaar.
b
Bevestig zigzagvoet "J".
c
Selecteer een steek.
• Meer bijzonderheden vindt u in "Steken
selecteren" (pagina 37).
d
Zet de naald omlaag in de stof aan het begin
van het stiksel.
e
Begin met naaien.
• Meer bijzonderheden vindt u in "Beginnen
met naaien" (pagina 39).
• Meer bijzonderheden over achteruit/
verstevigingssteken vindt u in
"Verstevigingssteken naaien" (pagina 40).
Patroonnr.
J
00
00
00
00
00
00
J
01
01
01
01
01
01
J
02
02
02
02
02
02
Steekbreedte
[mm (inch)]
Toepassing
Automatisch Handmatig Automatisch Handmatig
Standaard naaiwerk,
0,0
plooien of gepaspelde
(0)
naden naaien, enz.
Ritsen inzetten,
standaard naaiwerk,
–
plooien en gepaspelde
naden naaien, enz.
Mouwen aanzetten,
binnennaden naaien,
0,0
stretchstoffen naaien en
(0)
decoratief naaiwerk
***Geen achteruitnaaien gebruiken.
(start/stoptoets) indrukt en de machine begint te naaien.
Wanneer u klaar bent met naaien, knipt u de
f
draad af.
• Meer bijzonderheden vindt u in "Beginnen
met naaien" (pagina 39).
Naaldstand wijzigen
Bij de rechte steek (linker naaldstand) en de
drievoudige stretchsteek kunt u de naaldstand
wijzigen. Door de "+" van de steeklengtetoets in
te drukken verschuift u de naald naar rechts; door
de "–" van de steekbreedtetoets in te drukken
verschuift u de naald naar links.
a Steekbreedte
b Steekbreedtetoets
c Linker naaldstand
d Rechter naaldstand
Steeklengte
[mm (inch)]
0,0–7,0
2,5
0,2–5,0
Nee
(0–1/4)
(3/32)
(1/64–3/16)
2,5
0,2–5,0
–
(3/32)
(1/64–3/16)
0,0–7,0
2,5
1,5–4,0
(1/16–3/16) Nee Nee
(0–1/4)
(3/32)
***
*
Ja
Acht.
Ja
***
*
(J)
Ja
Acht.
3
**
Verst.
47