PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
Algemeen smeer- en onderhoudsschema
NR.
ITEM
1
Luchtfilterelement
2
Koppeling
3 * Voorrem
4 * Achterrem
6
5 * Remslangen
6 * Wielen
7 * Banden
8 * Wiellagers
CONTROLE OF ONDER-
HOUDSBEURT
• Vervangen.
• Controleer de werking.
• Afstellen.
• Controleer de werking en het
vloeistofniveau en controleer de
machine op vloeistoflekkage.
• Vervang de remblokken.
• Controleer de werking en het
vloeistofniveau en controleer de
machine op vloeistoflekkage.
• Vervang de remblokken.
• Controleer op scheurtjes en be-
schadigingen.
• Zorg voor een correcte plaatsing
van slang(en) en klem(men).
• Vervangen.
• Controleer de speling en contro-
leer op beschadigingen.
• Controleer op slijtage en bescha-
digingen.
• Vervang indien nodig.
• Controleer de bandspanning.
• Corrigeer indien nodig.
• Controleer op speling of bescha-
digingen.
KILOMETERSTAND
1000 km
10000 km
20000 km
(600 mi)
(6000 mi)
(12000 mi)
√
√
√
√
√
√
Wanneer de slijtagelimiet is bereikt
√
√
√
Wanneer de slijtagelimiet is bereikt
√
√
√
√
√
√
√
√
6-4
30000 km
40000 km
(18000 mi)
(24000 mi)
√
√
√
√
√
√
√
√
√
Elke 4 jaar
√
√
√
√
√
√
DAU1770E
JAARLIJK-
SE CON-
TROLE
√
√
√
√