Instrumentbeschrijving
3.3
Benaming van in- en uitgangen
De elektronica-uitrusting wordt via een modulair concept gerealiseerd:
• Er zijn meerdere steekplaatsen voor elektronicamodules. Deze worden "slots" genoemd.
• De slots zijn in de behuizing doorgenummerd. Slot 1 is altijd voorbehouden aan de basismodule.
• Iedere elektronicamodule heeft één of meerdere in- resp. uitgangen.
• In- en uitgangen zijn telkens per elektronicamodule doorgenummerd.
• De software herkent automatisch aanwezige in- en uitgangen.
Fig. 3: Slots en ingangsidentificatie
A
Slot-nummering, in afbeelding: slot 1 met basismodule
B
Ingangsnummering, in afbeelding: Memosens-ingangen 1 en 2 op basismodule (Slot 1)
Meetwaardeweergave op het display:
1.
Kanaalnummer (Engels), bijv. "CH1:" voor kanaal 1
2.
Slot- en ingangsnummer, bijv. "1:1" voor slot 1 (basismodule) en de ingang 1 daarvan
3.
Aangesloten sensortype, bijv. "Redox"
4.
Actuele meetwaarde, bijv. 301 mV
Uitgangen worden logisch doorgenummerd: benaming van de uitgang, slotnummer en nummer
van de uitgang, bijv. "stroomuitgang 1:1".
10
a0013234
Endress+Hauser