Inhoudsopgave
Advertenties
Reparatie
Het luchtventiel repareren
Voor reparatie van het luchtventiel is reparatieset
243153 is verkrijgbaar. Onderdelen die in de rep-
aratieset zitten zijn gemarkeerd, bijvoorbeeld (33†).
Gebruik voor de beste resultaten alle onderdelen uit
de set.
Demontage
1.
Maak de pomp gereed voor reparatie; zie blz. 14.
2.
Verwijder de bouten (31) uit één materiaaldeksel (1). Trek
het deksel er als één geheel af waardoor het los komt van
de materiaalbuizen (12). Zie F
3.
Verwijder de bouten (31) en het andere materiaaldeksel
(1), maar laat de materiaalbuizen (12) vastzitten.
4.
Verwijder de luchtinlaatfitting (40).
5.
Verwijder de bouten (68) en het bovenste (67) en het
onderste (66) deksel.
6.
Verwijder de membranen (14), op blz. 15.
7.
Verwijder de vier bouten (38) en tussenringen (37), het
deksel van het luchtventiel (36) en de pakking (35).
8.
Wrik de zitting van het luchtventiel (33) uit de behuizing
(5) met behulp van twee schroevendraaiers die in de
uitsparingen van de zittingen worden gestoken. Verwijder
de O-ringen (43, 44 en 80) van de zitting.
9.
Verwijder de beker (47) uit het middenhuis.
10. Verwijder de twee clips (46) van de as (17).
11. Verwijder de bouten (30), het buitenste cilinderdeksel (11)
en de cilinder (7). Raak de O-ringen (22) niet kwijt.
12. Trek de zuiger (16) met de as eruit.
13. Verwijder de bouten (29) en het binnendeksel (6).
14. Verwijder de clips (50) van de pluggen van het luchtventiel
(51). Draai een bout (38) een stukje in elke plug en trek de
pluggen eruit. Verwijder de O-ringen (52).
15. Druk de aandrijfslede (48) uit zijn boring. Verwijder de
O-ringen (49).
311689H Rev. E
. 7.
IG
16. Verwijder de clips (21) en druk de lagers (18) uit het
middenhuis (5), het binnenste deksel (6) en het buitenste
deksel (11). Verwijder de O-ringen (19, 20) uit de lagers.
17. Verwijder de slede (45).
Weer in elkaar zetten
Smeer alle O-ringen als u de pomp weer in elkaar zet
1.
Breng de O-ringen (19†, 20†) aan op de drie lagers (18).
Installeer de lagers in het middelste huis (5), het
binnenste deksel van de cilinder (6) en buitenste deksel
van de cilinder (11). Vastzetten met de clips (21).
2.
Installeer de drager (45) in het middenhuis (5) in de
aangegeven richting.
3.
Breng de O-ringen (49†) aan op de aandrijfslede (48†).
Druk de aandrijfslede in zijn boring in de aangegeven
richting.
4.
Breng de O-ringen (52†) aan op de luchtventielpluggen
(51). Breng de pluggen aan en zet ze vast met clips (50).
5.
Controleer of de O-ringen (42 en 28) op hun plaats zitten
in het middenhuis (5).
6.
Controleer of de O-ringen (22 en 25) op hun plaats zitten
op het binnendeksel van de cilinder (6).
7.
Controleer of de O-ring (23), pakking (26) en de vierkante
ring (32) op hun plaats zitten op de zuiger (16).
8.
Steek de luchtventielbuis (24) door het binnendeksel van
de cilinder (6). Installeer het deksel op het middenhuis (5).
Zet de luchtventielbuis stevig in het middenhuis, uitgelijnd
op de veerpen (27). Draai de bouten (29) aan tot 8 N•m.
9.
Smeer de membraanas (17), schuif hem vervolgens in het
middenhuis (5) en leid daarbij de luchtventielbuis (24)
door het gat in de zuiger. Breng de twee clips (46) aan op
de as.
10. Breng ruim vet aan op de binnenzijde van de cilinder (7)
en de O-ring van de zuiger (23). Installeer de cilinder, en
controleer of hij goed op het binnendeksel (6) zit.
11. Breng de O-ring (22) aan op het buitendeksel van de
cilinder (11). Installeer het buitendeksel. Draai de bouten
(30) aan tot 15 N•m.
17
Advertenties
Inhoudsopgave
