Samenvatting van Inhoud voor SENDOT FluoMini Pro 400
Pagina 1
FluoMini Pro Optische pH Se nsor Handleiding Systeem informatie FluoMini Pro type: 400 Firmware: v. 191010 Software: v. 2.17 Baudrate: 19200 www.sendot.nl...
1.4. Transport, opslag en verwijdering Dit product is onderworpen aan de ‘’ALGEMENE ONDERZOEK, ADVIES, VERKOOP, LEVERING EN BETALINGSVOORWAARDEN SENDOT RESEARCH BV (gedeponeerd met nr. 62488295 bij KvK Haaglanden) het kan worden gedownload van www.sendot.nl.
2. Installatie 2.1. Uitpakken en instellen De sensor wordt geleverd met een probe eraan bevestigd. Het is gekalibreerd, en direct klaar voor gebruik. Voor het eerste gebruik moet de sensor mogelijk worden opgeladen met de meegeleverde USB-kabel. Het display is beschermd met een plasticfolie, die verwijderd kan worden.
2.3.3. Analoge sensor Door middel van de USB-kabel kan de sensor worden aangesloten op een Windows- of Android-systeem. Een batterij is NIET inbegrepen, dus de sensor moet via de USB-poort op een stroombron worden aangesloten. Bovendien kan een analoge uitgang worden gebruikt om de sensor aan een extern besturingssysteem te bevestigen (bijv.
2.4. Display en knoppen In de onderstaande afbeelding wordt het basissensorscherm weergegeven, evenals de knoppen met hun namen zoals gebruikt in deze handleiding. Batterij Meet indicator Gemeten pH Meeteenheid Menu/Exit-knop Met deze knop kan het hoofdmenu worden geopend en elk menu worden afgesloten. De functie van deze knop is altijd zichtbaar op het display (linksonder).
Voor meer informatie over het gebruik van de sensor via de digitale poort kun je contact opnemen met Sendot via telefoonnummer +31 (0)30-636-8477 of e-mail info@sendot.nl. 3.2.3. Analoge sensor Deze sensor heeft geen batterij, daarom moet hij altijd op een stroombron worden aangesloten om te kunnen werken.
sensor is gekoppeld aan een extern regelapparaat begint deze te meten met een interval gespecificeerd in de sensor en voert de analoge waarde uit via de poort. 3.3. Metingen Breng de probe aan op het te meten medium. Gebruik voor metingen in substraten altijd de probesteun en de pre-drill om schade aan de coating te voorkomen.
4. Instellingen 4.1. Hoofdmenu Het hoofdmenu kan worden geopend door op de Measure (Meet)/Enter-knop te drukken. Het scherm met de verschillende instellingsopties wordt geopend. Het hoofdmenu bevat vier submenu’s: <General settings (Algemene instellingen)>, <Logger settings (Logger instellingen)>, <Sensor settings (Sensor instellingen)>, en <System info (Systeem Informatie)>.
5. Bevestig de instelling en sluit het menu met de Measure (Meet)/Enter-kop. 4.2.2. Energie beheer In dit menu kan de standby-modus worden in- en uitgeschakeld. Standaard staat deze functie ingeschakeld, zodat de sensor na 30 sec in de standby-modus gaat. 1.
4. Bevestig de instelling en sluit het menu met de Measure (Meet)/Enter-knop (Set (Opslaan)). 4.3. Logger instellingen (handbediende/digitale) Met de loggerfunctie worden continu metingen uitgevoerd en intern opgeslagen. In het menu <Logger settings (Logger instellingen)> kan de loggerfunctie in- en uitgeschakeld worden, de intervaltijd van de metingen worden ingesteld of de opgeslagen gegeven worden gewist.
(Ignore (Negeren)) of wacht voor 5 seconde. De startdatum en tijd worden ingesteld op 00:00, 01/01/1999. Een andere mogelijkheid is om de loggerfunctie te annuleren door op de Menu/Exit-knop (Cancel (Annuleren)) te drukken. Nu kunnen datum en tijd worden ingesteld voordat de logfunctie opnieuw wordt gestart (zie hoofdstuk 4.2.1).
4.4. Zenderinstellingen (analoog) Met de zenderfunctie worden continu metingen uitgevoerd en naar een extern apparaat, bijv. een computer verzonden. Binnen het menu <Transmitter settings (Zender instellingen)> kan de zenderfunctie worden in- en uitgeschakeld, kan de intervaltijd van de metingen worden ingesteld, opgeslagen gegevens worden gewist en de analoge uitgang worden getest.
4. Gebruik de knoppen Omhoog en Omlaag om de waarde te wijzigen. 5. Gebruik de Measure (Meet)/Enter-knop (Next (Volgende)) om naar de volgende positie te navigeren in tijd (hh:mm:ss(uur:minuut:seconde)). 6. Bevestig de instelling en sluit het menu met de Measure (Meet)/Enter-knop. 4.4.3.
4.5. Sensor instellingen Binnen dit menu kan de sensor worden gekalibreerd en kan een offset worden toegevoegd aan de gemeten pH-waarde. 4.5.1. Kalibratie Telkens wanneer de fiber met de probe wordt verwisseld of opnieuw wordt bevestigd, moet deze opnieuw gekalibreerd worden. In dit menu kan de sensor automatisch worden gekalibreerd.
4.5.2. Invoer Cal. gegevens In dit menu kunt u een offset en helling toevoegen aan de gemeten pH-waarde. Opmerking: deze functie kan worden gebruikt om een snelle correctie uit te voeren zonder het gebruik van bufferoplossingen. Toch is het raadzaam om de sensor opnieuw te kalibreren of de fiber te vervangen met de probe,wanneer een onaanvaardbare afwijking wordt gemeten.
Sluit het gat af door de witte schroef weer terug te plaatsen. 5. Als er nog steeds geen reactie is, neem dan contact op met Sendot Research via telefoonnummer +31 (0)30-636-8477 of e-mail info@sendot.nl.
Pagina 21
Geen SD-kaart 1. De communicatie tussen de sensor en het interne geheugen is onderbroken. Neemt u alsjeblieft contact op met Sendot Research via telefoonnummer +31 (0)30-636-8477 of e-mail info@sendot.nl. Rood batterij pictogram Dit pictogram geeft aan dat de batterij leeg is. In dit geval moet de sensor opgeladen...