7.
Plaats een trechter en opvangbak onder de
aftapplug die zich onder de voorkant van de
tandwielkast bevindt en verwijder de plug. Laat
de olie in de bak lopen.
8.
Plaats de aftapplug terug.
9.
Vul de tandwielkast met voldoende olie,
ongeveer 283 ml, totdat het peil tussen de
markeringen op de peilstok staat.
Belangrijk:
Giet de tandwielkast niet te vol,
anders kan deze beschadigd raken.
Onderhoud motor
Veiligheid van de motor
•
Zet de motor af en haal het sleuteltje uit het
contact voordat u het oliepeil controleert of het
carter bijvult met olie.
•
Verander de snelheid van de toerenregelaar niet
en laat de motor het maximale toerental niet
overschrijden.
Luchtfilter controleren.
1.
Controleer de luchtfilterbehuizing op
beschadigingen die een luchtlek zouden
kunnen veroorzaken. Vervang een beschadigde
luchtfilterbehuizing.
2.
Controleer het luchtinlaatsysteem op lekken,
beschadiging of losse slangklemmen.
3.
Geef het luchtfilter een onderhoudsbeurt
wanneer de luchtfilterindicator rood is, of om
de 400 uur (vaker in uiterst stoffige of vuile
omstandigheden
Belangrijk:
Geef het luchtfilter niet te vaak
een onderhoudsbeurt.
1. Luchtfilterdeksel
2. Pakking
3. Filter
4. Luchtfilterbehuizing
4.
Zorg ervoor dat het deksel goed vastzit en de
luchtfilterbehuizing helemaal afsluit.
Onderhoud van het luchtfilter
Onderhoudsinterval: Om de 400 bedrijfsuren
37
(Figuur
30).
Figuur 30
5. Luchtfilterindicator
6. Sluiting van luchtfilter
7. Rubberen uitlaatklep
g243914