1.2
Gebruikers
De gebruiker van de Enbar dient deze handleiding voor gebruik door te lezen en de
(veiligheids)voorschriften te kennen en toe te passen. De gebruiker moet door het bedrijf zijn
aangewezen als bevoegd persoon.
Een gebruiker is niet zonder meer bevoegd tot het aanmaken van het spuitmiddel, het uitvoeren van
wijzigingen aan de instellingen, reparaties of onderhoud!
Een gebruiker moet minimaal 18 jaar zijn en moet voor het aanmaken van de oplossing waarmee
geneveld gaat worden bovendien in het bezit zijn van een geldige spuitlicentie 3.
De gebruiker dient er zorg voor te dragen dat kinderen onder de 18 jaar en personen die niet
voldoende bescherming dragen, van de Enbar vandaan blijven. Zwangere vrouwen mogen niet in de
directe omgeving van of aan een werkende Enbar werken.
1.3
Gebruik
De installatie mag uitsluitend worden gebruikt om daarvoor geschikte gewasbeschermingsmiddelen te
vernevelen.
Onder onbedoeld gebruik wordt het volgende bedoeld:
•
Het is niet toegestaan de Enbar te gebruiken om andere middelen dan
gewasbeschermingsmiddelen te vernevelen.
•
Het is verboden om de Enbar en bijbehorend vloeistofreservoir als opslag voor
gewasbeschermingsmiddelen te gebruiken. Maak niet meer middel aan dan nodig en maak
het middel aan voor maximaal één nevelbeurt.
•
Wanneer de Enbar klaar is met nevelen en naventileren van het betreffende middel moet het
vloeistofreservoir zo nodig geleegd worden. Vang het middel op en sla het op in een
toereikende opslagplaats.
•
De Enbar is niet geschikt om als ladder, opstap of iets anders dan het vernevelen te
gebruiken.
1.4
Media
Het plaatsen van een afbeelding/ opmerking in relatie tot de Enbar dient te allen tijden op voorhand te
worden overlegt met de producent/ leverancier. Indien men zich hier niet aanhoudt kan eventuele
vervolgschade op deze persoon/ bedrijf worden verhaald.
1.5
Aansluitvoorschriften
Sluit de Enbar aan op een wandcontactdoos met randaarde, afgezekerd met een zekering automaat
van 16A in combinatie met een aardlekbeveiliging van 30mA. De aansluitspanning van de mobiele
versie van de Enbar (de 1-U3 en 22-U3) is 400 V.
1.6
Gebruiksomgeving
Vanwege het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen mag er niet gegeten, gedronken en gerookt
worden in de omgeving van de installatie.
De ruimte waarin de Enbar staat mag in geen geval betreden worden wanneer de Enbar in werking is.
Houdt voldoende vrije ruimte rondom de installatie om eventueel gevaar te kunnen ontwijken.
De omgevingstemperatuur mag minimaal 5 °C, maximaal 40 °C bedragen en de relatieve
luchtvochtigheid moet minimaal 35% en maximaal 85% zijn.
De Enbar is bedoeld voor gebruik binnenin een teeltruimte.
Pagina 5 van 32