Motorolie
Controleer het oliepeil als de auto op een
vlakke ondergrond staat en de motor al
minstens 10 minuten is afgezet.
Trek de oliepeilstok uit de houder.
Het oliepeil moet zich tussen de merktekens
MIN en MAX op de peilstok bevinden.
Motorolie bijvullen
Verwijder de peilstok voor het bijvullen.
Controleer het oliepeil na het bijvullen.
Het niveau mag nooit boven het maxi-
mum uitkomen.
Draai de vuldop vast voordat u de motorkap
sluit.
Soort: raadpleeg het onderhoudsboekje.
C2-2006-01-ENG.indd Sec1:93
BAT-C2_2006-01_ NEL_indexe.indd Sec1:93
BAT-C2_2006-01_ NEL_indexe.indd Sec1:93
C2-2006-01-ENG.indd Sec1:93
NIVEAUS
Radiateur - koelvloeistof
Het controleren van het niveau en het even-
tuele bijvullen van koelvloeistof moet altijd
gebeuren bij koude motor.
Warme motor
Verwijder het beschermkapje.
Wacht 15 minuten of net zo lang tot de
temperatuur lager is dan 100°C en draai
dan met een beschermende doek de dop
langzaam los om de druk uit het systeem te
laten ontsnappen.
Bij handelingen onder de motorkap kan de koelventilator, als de motor warm
is, op elk willekeurig moment gaan draaien, ook als het contact is afgezet.
Koelvloeistof bijvullen
Het vloeistofniveau moet zich tussen de
merktekens MIN en MAX op het expansie-
vat bevinden.
Vul zonodig koelvloeistof bij. Laat het koel-
systeem van de auto nakijken bij een CIT-
ROËN erkend bedrijf als u meer dan 1 liter
moet bijvullen.
Draai de dop goed dicht.
Let op: als er regelmatig koelvloeistof moet
worden bijgevuld, duidt dit op een storing
die snel hersteld moet worden.
Soort: raadpleeg het onderhoudsboekje.
Opmerking: de koelventilator kan nog 10
minuten na het afzetten van de motor blij-
ven draaien.
IV
93
25/04/2006 11:17:23
25/04/2006 11:17:23
24/03/2006 17:14:23
24/03/2006 17:14:23