5
Controles en werkzaamheden voorafgaand aan de ingebruikname
– Breng de hendel voor de gewichtsafstelling
voor iedere slag terug in de uitgangspositie
in het midden (hoorbare klik).
– Klap de hendel voor gewichtsafstelling he-
lemaal naar binnen wanneer het verstellen
is voltooid.
OPMERKING
Het juiste bestuurdersgewicht is gekozen
wanneer de pijl (4) zich in het midden van
het controlevenster bevindt. De minimale of
maximale gewichtsinstelling is bereikt, als
de stoel na het pompen met de hendel voor
gewichtsafstelling niet verder beweegt.
Lendensteun (variant) verstellen
OPMERKING
De lendensteun kan op de contouren van
de ruggengraat van de bestuurder worden
afgesteld. Wanneer de lendensteun wordt
versteld, wordt een bolvormig ondersteu-
ningskussen in het bovenste of onderste deel
van de rugleuning verplaatst.
– Draai de draaiknop (5) omhoog of omlaag
totdat de lendensteun zich op de gewenste
positie bevindt.
56
127 807 02 09 [NL]
Bediening
5
6321_003-039