> Selecteer alle borduurmotieven (2).
> Tik op «i-dialoog».
> Tik op «Groeperen».
– Alle borduurmotieven worden aan de groep toegevoegd.
> Selecteer een borduurmotiefgroep.
> Tik op «Groep opheffen».
– De groepering wordt opgeheven.
15.6 Precisieplaatsing
Raster-precisieplaatsing
Met deze functie kunnen motieven op eenvoudige wijze exact op de stof worden geplaatst. De
plaatsingspunten kunnen op het raster worden geprogrammeerd.
Voorwaarde:
•
Twee willekeurige punten van het motief zijn met kleermakerskrijt of een wateroplosbare textielstift op
de stof gemarkeerd. Het gedeelte of de plek waar het motief geplaatst moet worden, is duidelijk
herkenbaar.
•
Het gebruikte borduurraam is geselecteerd.
> Selecteer een motief.
> Tik op «i-dialoog».
> Tik op «Precisieplaatsing».
> Tik op «Rasterprecisieplaatsing».
– Het motief bevat een raster met negen verschillende lokalisatie-/plaatsingspunten.
> Tik op «Grootte van borduurmotief behouden» om de grootte van het motief bij het plaatsen van de
punten niet te wijzigen.
> Selecteer de gewenste plaatsingspunt waarop het motief moet worden gericht.
– De punt krijgt een andere kleur.
> Draai de «Multifunctionele knop boven» of de «Multifunctionele knop onder» naar links of rechts om de
naald boven de overeenkomstige markering op de stof te zetten.
> Tik op «Set» om de gewijzigde positie te bevestigen.
SET
– De punt krijgt een andere kleur en wordt vastgelegd.
> Selecteer de tweede plaatsingspunt van het motief.
2
Creatief borduren
141