Controle van het systeem
Controle van het systeem
Graco raadt aan de volgende tests dagelijks uit te voeren.
Controleren of de machine normaal werkt
Altijd als u met spuiten begint:
•
Let op de vloeistofmeters (AF). Bij een slagwisseling
van de pomp treedt een plotselinge drukvermindering
op. Dit moet snel en synchroon gebeuren.
•
Zet de pompen stil als ze de bovenste slag hebben
bereikt. Controleer of de druk op beide meters
minstens 20 seconden gelijk blijft. Zie Problemen
met de pomp oplossen op pagina 44.
OPMERKING: Als de druk op één meter daalt, stijgt de
druk op de andere.
•
Zet de pompen stil als ze de onderste slag hebben
bereikt. Controleer of de druk op alle meters gelijk
blijft.
•
Als u toevoerpompen gebruikt, controleer
dan of beide toevoerpompen werken als het
doseersysteem de bovenste slag heeft bereikt.
Meng- en integratietests
Test aan de hand van de volgende testen of alles goed is
gemengd en geïntegreerd.
Vlindertest
Bij een lage druk en met de spuittip omgekeerd laat u
een straal materiaal van 12,7 mm (1/2 in) op folie lopen
totdat elke pomp meerdere omschakelingen heeft
uitgevoerd. Vouw het folieblad over de vloeistof en dan
weer terug, en zoek naar ongemengd materiaal (lijkt op
marmer) of kleurveranderingen.
Uithardingstest
Spuit één doorlopend patroon op folie en doe dat met
een normale drukinstelling, debiet en tipformaat totdat
alle pompen een aantal omschakelingen heeft
uitgevoerd. Druk de trekker in en laat deze los met
intervallen die normaal voor de toepassing zijn. Laat het
spuitpatroon niet overlappen of kruisen.
Controleer de uitharding op verschillende tijdsintervallen;
deze staan op het veiligheidsgegevensblad. Controleer
bijvoorbeeld op aanrakingsdroog door met uw vinger
over de gehele lengte van het testpatroon te gaan op het
tijdstip dat staat aangegeven op het gegevensblad.
40
OPMERKING: Als er plekken zijn waar het drogen meer
tijd kost, dan is de pomp onvoldoende gevuld, is er
lekkage of zijn er voorsprong-/achterstandsfouten bij
een mengverdeler op afstand.
Test van het uiterlijk
Spuit materiaal op folie. Kijk of er variaties zijn in
kleur, glans of textuur die kunnen duiden op onjuist
gekatalyseerd materiaal.
Toezicht op vloeistoftoevoer
OPMERKING: Voorkom dat u lucht in het systeem
pompt, wat een onjuiste dosering veroorzaakt, door de
toevoerpomp of de pompvaten voor oplosmiddel nooit
te laten drooglopen.
OPMERKING: Een lege pomp gaat snel met een hoge
snelheid draaien, wat schade aan de pomp zelf en aan
de andere verdringerpomp kan veroorzaken, omdat dit
een drukverhoging in de andere pomp veroorzaakt. Als
een toevoervat droogloopt, moet u de pomp onmiddellijk
stopzetten, het vat opnieuw vullen en het systeem
voorvullen. Zorg daarbij dat het systeem volledig
is ontlucht.
Controleren van de houdbaarheid
Raadpleeg de instructies van de vloeistoffabrikant
voor de houdbaarheid van de vloeistof bij uw
vloeistoftemperatuur. Spoel gemengde vloeistof uit
de mengverdeler, de slang en het pistool voordat de
houdbaarheidsdatum is verstreken of voordat een
toegenomen viscositeit het spuitpatroon beïnvloedt.
Verhoudingscontrole
Controleer de verhouding bij de mengverdeler na
veranderingen aan het doseersysteem. Gebruik
verhoudingscontroleset 24F375 om de verhouding bij de
mengverdeler te controleren. Raadpleeg de handleiding
van de verhoudingscontroleset voor instructies
en onderdelen.
OPMERKING: Voorkom een onjuiste
verhoudingscontrole wanneer er toevoerpompen in uw
systeem worden gebruikt door de toevoerdruk niet meer
dan maximaal 25% van de druk van de doseerderuitlaat
te laten stijgen. Door een hoge aanvoerdruk kunnen de
keerkleppen van de doseerpomp gaan drijven, wat een
onbetrouwbare controle tot gevolg heeft. Er moet aan
beide zijden van de mengverdeler tegendruk zijn wanneer
u de verhouding controleert.
3A5285T