Inhoudsopgave
Advertenties
Code
Waarschuwing/
(hex)
Hulpcode
A2B4
Kortsluiting
A2BA
IGBT overbelasting
A3A1
DC-link overspanning
A3A2
DC-link onderspan-
ning
A3AA
DC niet geladen
A490
Onjuiste instelling van
de temperatuursensor
A491
Externe temperatuur 1
(Bewerkbare berichttekst)
A492
Externe temperatuur 2
(Bewerkbare berichttekst)
A4A0
Stuurkaart tempera-
tuur
Oorzaak
Kortsluiting in motorkabel(s) of
motor.
Te hoge IGBT junction to case
temperatuur. Deze waarschu-
wing beveiligt de IGBT('s) en
kan worden geactiveerd door
kortsluiting in de motorkabel.
DC-spanning van de tussen-
kring is te hoog (wanneer de
omvormer gestopt wordt).
DC-spanning van de tussen-
kring is te laag (wanneer de
omvormer gestopt wordt).
De spanning van de
gelijkstroomtussenkring is nog
niet gestegen tot bedrijfsni-
veau.
Temperatuur kan niet bewaakt
worden vanwege incorrecte
adapter-setup.
Gemeten temperatuur 1 heeft
de waarschuwingslimiet over-
schreden.
Gemeten temperatuur 2 heeft
de waarschuwingslimiet over-
schreden.
Besturingsunit temperatuur is
te hoog.
Foutopsporing 435
Oplossing
Controleer motor en motorkabel op beka-
belingsfouten.
Controleer motor en motorkabel (inclu-
sief fasen en ster/driehoek aansluiting).
Controleer op aardfout in motor of motor-
kabels door meting van de isolatieweer-
standen van motor en motorkabel. Zie
het hoofdstuk Elektrische installatie, sec-
tie Controleren van de isolatie van de
omvormer in de Hardwarehandleiding
van de omvormer.
Controleer dat er geen condensatoren
voor arbeidsfactorcompensatie of afvlak-
condensatoren in de motorkabel opgeno-
men zijn.
Controleer motorkabel.
Controleer omgevingscondities.
Controleer luchtstroom en werking van
de ventilator.
Controleer koellichaamribben op stofaf-
zetting.
Controleer motorvermogen t.o.v. omvor-
mervermogen.
Controleer de instelling van de voedings-
spanning (parameter
95.01 Voedings-
spanning). Let op: door een verkeerde
instelling van de parameter kan de motor
oncontroleerbaar pieken, of kan de rem-
chopper of remweerstand overbelast
worden.
Controleer de voedingsspanning.
Als het probleem blijft bestaan, neem dan
contact op met uw plaatselijke ABB ver-
tegenwoordiger.
Controleer de instellingen van tempera-
tuurbron-parameters
35.11
Controleer de waarde van parameter
35.02 Gemeten temperatuur 1
Controleer de koeling van de motor (of
andere apparatuur waarvan de tempera-
tuur gemeten wordt).
Controleer de waarde van
ratuur 1
waarschuwingslimiet.
Controleer de waarde van parameter
35.03 Gemeten temperatuur 2
Controleer de koeling van de motor (of
andere apparatuur waarvan de tempera-
tuur gemeten wordt).
Controleer de waarde van
ratuur 2
waarschuwingslimiet.
Controleer de hulpcode. Zie hieronder de
te nemen actie voor elke code.
en 35.21.
35.13 Tempe-
35.23 Tempe-
Advertenties
Inhoudsopgave
