22 Hoofdstuk 1 Andere toepassingen
Een printer instellen
Voordat u kunt afdrukken, moet de telefoon zijn ingesteld om
verbinding met een printer te maken.
1.
Tik op Start > Extra > JETCET PRINT .
2.
Tik als u zich niet in het tabblad Instellingen bevindt op de knop
Instellingen (
•
•
Opmerking
Een bestand afdrukken
1.
Tik op Start > Extra > JETCET PRINT .
2.
Zoek en selecteer het bestandtype dat u wilt afdrukken
(document, afbeelding of e-mail/PIM) door op de betreffende
tabbladen aan de linkerzijde van het scherm te tikken.
.
Houd het bestand dat u wilt afdrukken ingedrukt en tik op
Afdrukken in het menu.
.
Selecteer een printer in het lijstvak Een printer kiezen, selecteer
het papierformaat en tik op Volgende.
.
Kies de paginaopmaak in de lijst en tik op Volgende om het
bestand af te drukken.
Tip
U kunt documenten en afbeeldingen ook vanuit Verkenner afdrukken.
Gebruik Verkenner om het bestand te zoeken dat u wilt afdrukken.
Tik en houd het bestand vast, tik op Afdrukken met JETCET in het
snelmenu.
) en voer een van de volgende handelingen uit:
Tik op Netwerkprinter toevoegen om een gedeelde
netwerkprinter in te stellen en er verbinding mee te maken.
Opmerking
Het toestel blijft wachten als u tijdens het instellen van
een netwerkprinter een onjuist ip-adres hebt ingevoerd.
Tik op Bluetooth-printer toevoegen om een Bluetooth-printer
in te stellen en er verbinding mee te maken.
Voor meer informatie over het instellen van een printer, zie de
hulp van JETCET PRINT op de telefoon.