Inhoudsopgave
Advertenties
10. Transport van de machine
• Tijdens het transport moet de machine stevig vastgemaakt worden in het voertuig waarmee ze
wordt vervoerd. Gebruik de vaste chassisonderdelen om touwen aan vast te maken. Ook zijn er
aan de zijkanten van het chassis vier ogen voorzien.
• Er mogen geen takken in de invoeropening zitten.
• Voordat u de Prof 6 aan een aanhangwagen of in een be-
stelwagen zet, moet u de blaaspijp inklappen afhankelijk van
de hoogte van het voertuig. Ga te werk zoals beschreven Zie
"11.3.5. De blaaspijp in de werkpositie zetten of inklappen",
pag. 54.
• Als u de machine op een aanhangwagen zet, zorg er dan
voor dat die goed is vastgemaakt.
• Om de machine in een bestelwagen of op een aanhangwa-
gen te laden, gebruikt u slipvrije oprijbalken. Zorg ervoor
dat die goed aan de aanhangwagen of het voertuig zijn vastgemaakt, en dat de handrem van
het voertuig correct is aangetrokken.
• De maximum toelaatbare zijdelingse hellingsgraad van de hakselaar bedraagt 10%.
• De voor- of achterwaartse helling mag onder geen beding groter zijn dan 20%.
• Wees voorzichtig en aandachtig wanneer u de machine laadt en lost, zodat ze niet kantelt en
aanleiding geeft tot een ongeval. Zorg ervoor dat de motor uit staat.
• Bij het lossen moet u achterwaarts met de machine de helling af rijden. Zie "9.5. Verplaatsen
van de machine", pag. 31.
• Mocht de machine tijdens het lossen door de zwaartekracht ongewenst sneller beginnen rijden,
draai dan snel het controlehandvat naar de andere richting. Op deze manier kan u de machine
hydraulisch afremmen.
44
Advertenties
Inhoudsopgave
