24.5 Beschrijving
Beschrijving zie 'weergavemodule AM'.
24.5.1
Werkwijze warm water
Instelling Comfort:
In de Comfort-instelling probeert de warmtepomp de ingestelde WW-insteltemperatuur te bereiken.
Na afloop van de vertragingstijd (WP023) wordt de E-verwarming/de hulpwarmtegenerator ingeschakeld.
Bij het bereiken van de bedrijfslimiet van de compressor (AV/RT >max.), wordt met de E-verwarming/de HWG verder
verwarmd tot het bereiken van de WW-insteltemperatuur.
Bij het overschrijden van de maximale voorraadvatlaadtijd wordt de WW-bedrijf onderbroken voor de duur van de
ingestelde maximale voorraadvatlaadtijd (WP022).
Instelling Eco:
In de ECO-instelling probeert de warmtepomp de ingestelde WW-insteltemperatuur of de ingestelde
WW-minimumtemperatuur te bereiken.
Na afloop van de vertragingstijd (WP023) wordt de E-verwarming/de hulpwarmtegenerator ingeschakeld.
Bij het bereiken van de bedrijfslimiet van de compressor (AV/RT >max.), wordt indien nodig met de E-verwarming/de
HWG verder verwarmd tot het bereiken van de ingestelde WW-minimumtemperatuur.
Bij het overschrijden van de maximale voorraadvatlaadtijd wordt de WW-bedrijf beëindigd wanneer de ingestelde
WW-minimumtemperatuur reeds werd bereikt.
Anders wordt de WW-bedrijf voor de duur van de ingestelde maximale voorraadvatlaadtijd (WP022) onderbroken.
24.5.2
Snelverwarming-warm water
Bij de basisinstelling snelverwarming-warm water = In wordt de warmwatertemperatuur met alle beschikbare
warmteopwekkers eenmalig op de via de AM / BM-2 ingestelde warmwatertemperatuur-instelwaarde geregeld. De
basisinstelling wordt nadien automatisch gereset.
54
Weergavemodule AM
3064581_202102