ren of corrosiebeschermingsmiddelen) kunnen schade aan de warmte-
bron en aan de cv-installatie veroorzaken.
▶ CV-installatie voor het vullen spoelen.
▶ Vul de cv-installatie uitsluitend met drinkwater.
▶ Gebruik geen bron- of grondwater.
▶ Vul- en bijvulwater conform de specificaties in het volgende hoofd-
stuk behandelen.
▶ Gebruik alleen door ons vrijgegeven antivries.
▶ Gebruik additieven, bijv. corrosiebeschermingsmiddelen, alleen
wanneer de fabrikant van het cv-wateradditief de geschiktheid voor
warmtebronnen van aluminiummaterialen en voor alle andere mate-
rialen in de cv-installatie bevestigt.
▶ Antivries en additieven alleen conform de specificaties van de fabri-
kant gebruiken, bijvoorbeeld voor wat betreft de minimale concen-
tratie.
▶ Respecteer de voorschriften van de fabrikant van het antivries en cv-
wateradditief voor wat betreft de regelmatig uit te voeren controles
en corrigerende maatregelen.
Waterbehandeling
2,60
2,40
2,20
2,00
1,80
y
1,60
[m³]
1,40
1,20
1,00
0,80
A
0,60
0,40
0,20
0,00
0
5
10
Afb. 14 Eisen aan het vul- en bijvulwater in °dH voor toestellen < 50 kW
2,60
2,40
2,20
2,00
1,80
y
1,60
[m³]
1,40
1,20
1,00
0,80
A
0,60
0,40
0,20
0,00
0
5
10
15
20
Afb. 15 Eisen aan het vul- en bijvulwater in °fH voor toestellen < 50 kW
x
Totale hardheid
y
Maximaal mogelijk watervolume over de levensduur van de warm-
tebron in m³
A
Onbehandeld leidingwater kan worden gebruikt.
B
Volledig gedemineraliseerd vul- en bijvulwater met een geleid-
baarheid van ≤ 10 μS/cm gebruiken.
Aanbevolen en toegestane maatregel voor waterbehandeling is de volle-
dige ontharding van het vul- en bijvulwater met een geleidbaarheid
≤ 10 microSiemens/cm (≤ = 10 μS/cm). In plaats van de waterbehan-
deling kan ook een systeemscheiding direct achter de warmtebron met
behulp van een warmtewisselaar worden uitgevoerd.
9700i • 6721875843 (2024/02)
B
15
20
25
[°dH]
x
6 720 643 306-05.2O
B
25
30
35
40
45
50
[°fH]
x
0 010 008 145-001
Meer informatie over de waterbehandeling kunt u bij de fabrikant opvra-
gen. De contactgegevens vindt u op de achterzijde van deze instructie.
Antivriesmiddel
Het document 6720841872 bevat een lijst met de vrijgegeven anti-
vriesmiddelen. Voor de weergave kunt u de zoekmachine voor documen-
tatie op onze internetpagina gebruiken. Het internetadres vindt u op de
achterzijde van deze instructie.
CV-wateradditieven
CV-wateradditieven, bijvoorbeeld corrosiebeschermingsmiddelen, zijn
alleen bij constante zuurstofbelasting nodig, die door andere maatrege-
len niet kan worden voorkomen.
Afdichtingsmiddelen in cv-water kunnen afzettingen in de warmtewisse-
laar veroorzaken. Wij adviseren daarom dergelijke middelen niet te ge-
bruiken.
6
Installatie
6.1
Veiligheidsaanwijzingen bij installatie
HLevensgevaar door explosie!
Ontsnappend gas kan explosies veroorzaken.
▶ Voor werkzaamheden aan gasvoerende delen: sluit de gaskraan.
▶ Gebruikte pakkingen vervangen door nieuwe pakkingen.
▶ Dichtheidstest uitvoeren na werkzaamheden aan gasvoerende on-
derdelen.
30
HLevensgevaar door vergiftiging!
Ontsnappend rookgas kan vergiftiging veroorzaken.
▶ Na werkzaamheden aan rookgasvoerende onderdelen: voer dicht-
heidstest uit.
6.1.1
Dimensionering van de gasleiding
▶ Controleer op de typeplaat de markering van het land van bestem-
ming en de geschiktheid voor de door het gasbedrijf geleverde gas-
soort ( productoverzicht, hoofdstuk 2.9, pagina 2.8).
▶ Houd u aan het maximaal warmtevermogen voor verwarming of
warm water overeenkomstig de technische gegevens.
▶ Bepaal de nominale breedte voor de gastoevoer conform DVGW-
TRGI (aardgas) en TRF (vloeibaar gas).
▶ Bij vloeibaar gas: Bouw een drukregeltoestel met veiligheidsklep in,
om het cv-toestel tegen te hoge druk te beschermen.
Installatie | 6
13