Huidig geselecteerd papier
U kunt op het LCD-scherm zien welk papier er in het
apparaat zit. Het gebruikte type afdrukpapier wordt
rechts op het scherm weergegeven wanneer de
papierklep geopend of gesloten wordt.
UPP-210HD
UPP-210SE
Opmerking
Als "ACUT:ON" geselecteerd is in het menu
"AUT.CUT", dient u het afgesneden papier snel te
verwijderen. Anders kan het afgesneden papier de
papieruitgang gaan blokkeren, met vastlopen tot
gevolg.
Als de afdruk onscherp is
Een snel bewegend beeld kan onscherp worden
afgedrukt. Als dit gebeurt, selecteert u "FIED:OFF" in
het menu-item "VIDEO" "-FIELD" en probeert u
opnieuw af te drukken.
Twee, vier of zes beelden op één pagina
afdrukken
Met het menu-item "N.MULTI" kunt u twee tot zes
verschillende beelden op één pagina afdrukken.
1
In het menu "VIDEO" "-N.MULTI" geeft u
"MULTI:2" - "MULTI:6" weer, afhankelijk van het
aantal beelden dat u op één pagina wilt afdrukken.
Druk vervolgens op de menuhendel.
2
Wanneer u op het voorpaneel op de knop MULTI
PICTURE drukt, schakelt het LCD-scherm over
naar de meervoudige afdrukmodus.
Wanneer "MULTI:2" geselecteerd is:
: 1 geeft aan dat "1" knippert.
3
Druk op de knop CAPTURE in stap 3 van "Een
afdrukopdracht van videobeelden starten" in de
paragraaf "Analoge modus" (pagina 29).
Hiermee legt u het weergegeven beeld vast en wordt
het toegewezen aan het knipperende nummer.
Op het LCD-scherm knippert het volgende
beschikbare nummer.
Wanneer "MULTI:2" geselecteerd is:
: het opgeslagen beeld wordt aan "1"
gekoppeld en "2" gaat knipperen.
30
Afdrukken
4
Druk nogmaals op de knop CAPTURE om het
weergegeven beeld vast te leggen.
Als het menu "AUT.PRT" ingesteld is op ON, start
het afdrukken automatisch nadat u het aantal
beelden dat opgegeven is bij "MULTI:(2/4/6)" hebt
vastgelegd. Als het menu ingesteld is op OFF, moet
u op de knop PRINT drukken om het afdrukken te
starten.
Twee beelden vastleggen ("MULTI:2" is
geselecteerd bij "N.MULTI")
Beeld
opgeslagen in
stap 3
Afdrukrichting
Vier beelden vastleggen ("MULTI:4" is
geselecteerd bij "N.MULTI")
Zes beelden vastleggen ("MULTI:6" is
geselecteerd bij "N.MULTI")
"INFO:ON" is geselecteerd in het menu "INFO"
Als "INFO:ON" geselecteerd is in het menu "INFO" in
de meervoudige afdrukmodus, wordt in de marge
informatie over het laatst vastgelegde beeld afgedrukt.
Voorbeeld: als "N.MULTI" ingesteld is op "MULTI:6"
en er zes beelden vastgelegd worden, wordt "IMAGE:6"
in de marge afgedrukt als informatie voor dat beeld.
IMAGE:6
[beeld-
informatie]
Kopieën maken van de laatste afdruk
Druk op de knop COPY in de enkelvoudige
afdrukmodus. Druk op de knop PRINT in de
meervoudige afdrukmodus. Een kopie van de laatste
afdruk wordt afgedrukt. Elke keer dat u op de knop
Beeld
opgeslagen in
stap 4