Wanneer niet automatisch kan worden scherpgesteld
Soms kan niet automatisch worden scherpgesteld (het focus-
bevestigingslampje <o> knippert). Dit kan onder meer bij de
volgende onderwerpen voorkomen:
Onderwerpen waarop moeilijk kan worden scherpgesteld
Onderwerpen met erg weinig contrast
(bijvoorbeeld strakblauwe luchten, muren met een effen kleur,
enzovoort)
Onderwerpen bij zeer weinig licht
Reflecterende onderwerpen of onderwerpen met heel veel
tegenlicht
(bijvoorbeeld auto's met een zeer reflecterende carrosserie,
enzovoort)
Onderwerpen die zowel dichtbij als veraf worden gedekt door een
AF-punt
(bijvoorbeeld een dier in een kooi, enzovoort)
Zich herhalende patronen
(bijvoorbeeld vensters in een wolkenkrabber, toetsenborden,
enzovoort)
Ga in dergelijke situaties op een van de volgende manieren te werk:
(1) Stel in de modus 1-beeld AF scherp op een object dat op dezelfde
afstand staat als het onderwerp en vergrendel de scherpstelling
vóórdat u de compositie opnieuw bepaalt (pag. 48).
(2) Stel de focusinstellingsknop op het objectief in op <MF> en stel
handmatig scherp.
Als er een extender (afzonderlijk verkrijgbaar) is bevestigd en het
maximale diafragma van het objectief f/5.6 of kleiner (hoger f/-nummer)
is, is automatisch scherpstellen niet mogelijk (behalve in de Live mode/
u Live mode AF). Raadpleeg de instructiehandleiding bij de extender
voor meer informatie.
Raadpleeg pagina 117 voor situaties waarin automatisch scherpstellen
in de Live mode/u Live mode AF wellicht niet mogelijk is.
202