•
Beveilig de trekker en machine tegen onbedoeld starten en onbedoeld wegrollen, voordat u
aftakassen reinigt, smeert of instelt.
•
Leg de afgekoppelde aftakas op de daarvoor bedoelde houder! Gebruik nooit de
bevestigingsketting van de aftakas om de afgekoppelde aftakas op te hangen.
•
Zet na demontage van de aftakas de beschermhoes op de kop van de aftakas!
•
Monteer de overbelastings- of vrijloopkoppeling altijd aan de machinezijde wanneer de aftakas
een overbelastings- of vrijloopkoppeling heeft.
•
Let voor het aankoppelen van de aftakas op de juiste montagelengte en de juiste
montagestand. Het trekkersymbool op de beschermbuis van de aftakas markeert de kant
waarmee de aftakas aan de trekker moet worden gekoppeld.
•
Let voor het inschakelen van de aftakas op de veiligheidsinstructies voor het gebruik van de
aftakas in het hoofdstuk "Veiligheidsinstructies voor de bediener".
•
Laat beschadigde of ontbrekende onderdelen van de aftakas onmiddellijk vervangen door
originele onderdelen van de fabrikant van de aftakas.
Let erop dat alleen een erkend landbouwmechanisatiebedrijf een aftakas mag repareren.
3.4.5
Aangehangen machines
•
Houd u aan de toegestane combinatiemogelijkheden van de verbindingsinrichting aan de
trekker en de trekinrichting aan de aanhanger!
Koppel alleen toegestane combinaties van voertuigen (trekker en aanhanger)!
•
Let bij eenassige machines op de maximaal toegestane kogeldruk van de trekker op de
aanhangkoppeling!
•
Let altijd op voldoende bestuurbaarheid en remvermogen van de trekker!
Aan een trekker aangebouwde of aangehangen machines beïnvloeden het rijgedrag, de
bestuurbaarheid en het remvermogen van de trekker, met name aanhangers met starre dissel
en kogeldruk!
•
Alleen een vakgarage mag de hoogte van de trekinrichting bij trekhaakdissels met kogeldruk
instellen!
•
Let bij het afkoppelen en parkeren van een eenassige machine op voldoende kogeldruk op de
steunpoten!
3.4.6
Reminstallatie
WAARSCHUWING
Wanneer uw machine is uitgerust met een combinatie van luchtdrukreminstallatie en hydraulische
reminrichting: Koppel steeds maar één van de beide reminrichtingen aan!
Let erop dat u in Duitsland uitsluitend de luchtdrukreminstallatie mag gebruiken! Hydraulische
reminrichtingen zijn in Duitsland niet toegestaan.
•
Alleen vakgarages of erkende remdiensten mogen instel- en reparatiewerkzaamheden aan de
reminstallatie uitvoeren!
•
Laat de reminstallatie regelmatig grondig controleren!
•
Voor behoud van de bedrijfsveiligheid moeten de wielremmen altijd correct zijn ingesteld.
Aperion 2101, Aperion 2401, Aperion 3401 05.18
Gevaren door beknellen, snijden, grijpen, naar binnen trekken
en stoten door niet correct functionerende reminstallatie!
U mag de instelmaat (L) op de automatisch lastafhankelijke
remkrachtregelaar niet veranderen. De instelmaat (L) moet
overeenkomen met de aangegeven waarde op het
lastregelaarplaatje.
Veiligheidsaanwijzingen
61