staat. Een juiste plaatsing van de machine betekent ook dat de deur probleemloos open
en dicht gedaan kan worden.
• Als de deur niet goed sluit, controleer of de machine stevig op de vloer staat. Als dat
niet zo is, verdraai dan de stelvoeten en zorg voor een stabiele plaatsing.
AANSLuItEN oP DE WAtERKRAAN en -AfVoER
Controleer of de waterinstallatie in huis geschikt is voor de installatie van een
vaatwasmachine. Wij adviseren om een filter aan het begin van de wateraanvoer bij het
aftappunt van het huis of appartement te plaatsen. dit voorkomt schade als gevolg
van verontreinigingen (zand, klei, roest, enz. ) via de hoofdaanvoer.
• Gebruik altijd de meegeleverde aanvoerslang. Als u de aanvoerslang aansluit, laat er
dan eerst een tijdje water doorheen lopen voordat u de slang op de machine aansluit.
• Sluit de wateraanvoerslang rechtstreeks aan op de waterkraan. de waterdruk
moet minimaal 0,3 bar en maximaal 10 bar zijn. Bij een hogere waterdruk: een
drukreduceerventiel ervoor installeren.
• Nadat de aansluitingen zijn gemaakt, moet de kraan volledig open worden gedraaid en
gecontroleerd worden op lekkage.
• de machine is voorzien van een dubbelwandige aquastop. dit systeem sluit
de watertoevoer automatisch af als er een lek in de slang zit en de ruimte
tussen de beide wanden zich vult met water. Snijd niet in de aquastop en
zorg ervoor dat deze niet bekneld of verdraaid raakt.
• de waterafvoerslang kan rechtstreeks op de waterafvoeraansluiting of op
de afvoer van de gootsteen worden aangesloten (minimale diameter van 4
cm). deze aansluiting moet zich minimaal 50 cm en maximaal 110 cm boven de vloer
bevinden.
Let op dat de waterafvoerslang niet geknikt, ingedrukt of ineen gestrengeld is en dat
het wegstromen van het water niet belemmert wordt!
• Sluit de waterkraan na elk gebruik.
Waarschuwing: Bij gebruik van een afvoerslang langer dan 4 m, wordt de vaat
mogelijk niet schoon. In dat geval accepteert Inventum geen aansprakelijkheid.
9