Inhoudsopgave
Advertenties
PREPARAZIONE ED ISPEZIONE
6
Controllare i riduttori di trazione, i motori elettrici o
idraulici, i freni e se presenti le tubazioni idrauliche
per danni o perdite.
7
Controllare che i comandi a terra non rivelino parti
allentate o mancanti e che siano serrati in posizione.
Controllare la tensione dei collegamenti elettrici,
l'assenza di tracce di corrosione e che non vi siano fili
scoperti.
Assicurarsi che tutti gli interruttori funzionino in modo
appropriato.
8
Controllare il livello dell'olio nei riduttori di trazione
(se necessario contattare il personale di servizio per
l'assistenza).
NOTA
I riduttori di trazione devono essere pieni a metà di lubri-
ficante.
9
Controllare le batterie (se presenti), assicurandosi che
i tappi di sfiato non siano allentati o mancanti, che i
collegamenti elettrici siano serrati e non presentino
segni di corrosione, che il livello dell'elettrolito sia cor-
retto. Aggiungere solo acqua distillata alle batterie.
10
Controllare che il serbatoio e le tubazioni idrauliche
non presentino danni o perdite e che il tappo di riem-
pimento sia serrato in posizione
NOTA
La Easylift raccomanda di sostituire il flitro dell'olio
idraulico dopo le prime 50 ore di funzionamento ed ogni
300 di seguito, a meno di condizioni operative inusuali
che richiedano una sostituzione piu frequente.
11
Controllare tutti i cavi elettrici per parti danneggiate
o mancanti.
12
Controllare la motopompa e gli accessori, assicuran-
dosi che non presentino danni, parti allentate o
mancanti e che siano serrati in posizione.
Controllare che i collegamenti elettrici siano serrati,
non presentino tracce di corrosione e di danneggia-
mento della protezione dei fili elettrici.
13
Controllare tutti gli sportelli di accesso per assicurarsi
che non siano danneggiati, che le chiusure e le
cerniere funzionino correttamente e che siano fissati
in posizione.
14
Controllare che le tubazioni del carburante non siano
danneggiate, non presentino perdite e che siano
serrate in posizione.
R 190
6
7
8
9
10
Aanbevolen is om de olie filter na de eerste 50 uur te ver-
vangen, en daarna elke 300 uur. Of bij zware werkom-
standigheden eventueel sneller.
11
12
13
14
26
ISTRUZIONI E NORME DI SICUREZZA
VEILIGHEIDSINSTRUCTIE EN REGELS
PREPARAZIONE ED ISPEZIONE
Controleer de aandrijving, hydraulische motor, rem
men en hun leidingen of deze niet beschadigd zijn of
lekken
Controleer de beneden hendels op goede bevestiging
en op los zittende onderdelen. Controleer het voltage
op de stroomkabels en let op sporen van carrosserie
of losse c.q.
beschadigde draden. Verzeker U ervan dat alle
schakelaars en hendels correct werken.
Controleer het olie pijl in de aandrijf wielen.
OPMERKING
Het aandrijvingwiel moet tot halverwege gevuld
zijn met olie.
Controleer de accu en/of afdekkapjes op de cellen
zitten en dat de aansluitingen goed vastzitten en niet
gecorrodeerd zijn en dat het vloeistof niveau goed is.
Alleen gedistilleerd water toevoegen als vloeistof
niveau te laag is in de accu.
Controleer de hydraulische tank en leidingen op lekk
ages en kijk dat de vuldop er goed op zit.
OPMERKING
Controleer alle elektrische kabels op beschadiging of
ontbrekende onderdelen.
Controleer de motorpomp en accessoires en verzeker
u ervan dat alle delen goed bevestigd zijn en vast zit
ten. Controleer de elektrische bedrading of deze goed
bevestigd is en er geen beschadigingen aan de iso
latie zijn .
Controleer of alle deurtjes/klepjes goed sluiten en
goed vast zitten.
Controleer of de brandstof leidingen niet beschadigd
zijn, niet lekken en goed vast zitten
Advertenties
Inhoudsopgave
