Inbedrijfstelling
7
Voorwaarden
7.2
Voorwaarden
7.3
Aansturing via klemmen
80
Technische handleiding – MOVITRANS
AANWIJZING
Volg de veiligheidsaanwijzingen in het hoofdstuk "Veiligheidsaanwijzingen > Inbedrijf-
stelling/gebruik" op.
AANWIJZING
Om een storingsvrije werking te kunnen garanderen, mogen de signaalkabels niet tij-
dens bedrijf losgekoppeld of aansloten worden.
Voor de inbedrijfstelling gelden de onderstaande voorwaarden:
•
Het apparaat is mechanisch en elektrisch overeenkomstig de voorschriften geïn-
stalleerd.
•
De installatie en de aangesloten aandrijvingen zijn correct geconfigureerd.
•
Veiligheidsmaatregelen voorkomen dat de aandrijvingen per ongeluk worden op-
gestart.
•
Veiligheidsvoorzieningen sluiten risico's voor mens en machine uit.
Het apparaat is in de fabrieksinstelling voorbereid op klembedrijf zonder externe be-
sturing.
Daarbij zijn de volgende fabrieksinstellingen actief:
Parameters
Stuurbron
Setpointbron
Vast setpoint I00 in %
Integratortijd T00 in ms
Bedrijfsmodus
Vrijgave van de eindtrap vindt daarbij plaats op de apparaataansluitingen:
•
X2337 → Verbinden van pen 11 en pen 12
Deze brug bestaat reeds bij de in lengte instelbare belastingskabels van
SEW‑EURODRIVE.
•
X5102_1 → Verbinden van pen 4 met +24 V
(Uitvoerbaar door opsteken van de brugstekker)
•
X5161 → Verbinden van pen 1 en pen 4 evenals pen 2 en pen 3
(Uitvoerbaar door opsteken van de brugstekker)
®
decentrale voeding TES31A
Instelling
Klemmen
Vaste setpoints
100
500
Stroomregeling