6
De kabelboom monteren
Benodigde onderdelen voor deze stap:
1
Kabelboom
1
Zeskantbout (M8)
1
Borgmoer (M5)
2
Ring (M5)
1
Zeskantbout (M5)
2
Ring (M4)
1
Borgmoer (M4)
1
Zeskantbout (M4-12)
10
Korte kabelbinder
10
Lange kabelbinder
1
20 A zekering
1
Linkerindicatorkoplamp
1
Rechterindicatorkoplamp
Procedure
Aansluiten aan het bedieningspaneel
1. Draai de tak van de kabelboom met de volgende
contacten in de zijplaat, waar de hoofdkabelboom in
het paneel gaat (raadpleeg (Figuur 14):
• Contact met aarding
• Contact met het knipperrelais
• Contact met de zekering
• Contact met de rode draad
• Contact met de roze draad
• Contact met de hoofdlichtschakelaar
• Contact met de gevarenlichtschakelaar
1. Combinatieschakelaar
2. Linkerindicatorkoplamp
3. Claxon
4. Rechterindicatorkoplamp
5. Linkerachterlicht
6. Nummerplaatlamp
7. Rechterachterlicht
2. Verbind de negatieve (-) ringconnectors van de
2 zwarte draden (de lichtkabelboom naar de
hoofdkabelboom) met een zeskantbout (M4 x 12),
een borgmoer (M4) en 2 ringen (M4).
Opmerking: Bevestig de ringconnectors op de
aangeduide plaats op het onderste deel van het
paneel (Figuur 15).
1. Bevestig de voet van het
knipperrelais hier
2. Dubbele roze draad-roze
draad van connector
hoofdkabelboom
3. Rode draad-rode
draad van connector
hoofdkabelboom
3. Maak het knipperrelais los.
4. Bevestig de voet van het knipperrelais op de
getoonde plaats op het zijpaneel met een zeskantbout
8
Figuur 14
8. Aarding (negatief) (zwart)
9. Knipperrelais
10. 10 A zekering
11. Stroomdraad (positief)
(rood)
12. Geschakelde stroomdraad
(positief) (roze)
13. Lichtschakelaar
14. Schakelaar voor
gevarenverlichting
Figuur 15
4. 20 A zekering
5. Ringconnectors