Controlelijst voor dagelijks onderhoud
Gelieve deze pagina te kopiëren ten behoeve van gebruik bij
routinecontroles.
Gecontroleerd item
Werking van veiligheidssysteem controleren.
Werking van de remmen controleren.
Peil van de motorolie en brandstof controleren.
Peil van de koelvloeistof controleren.
Brandstoffilter/waterafscheider aftappen.
Onderhoudsindicator van het luchtfilter controleren.
Radiateur, oliekoeler en scherm controleren op vuil.
Controleren of motor ongewone geluiden maakt.
Controleren op ongewone geluiden tijdens het
gebruik.
Peil van het hydraulische systeem controleren.
Hydraulische slangen en leidingen op schade
controleren.
De vloeistof op lekkages controleren.
De bandenspanning controleren.
Werking van instrumenten controleren.
Afstelling van contact tussen ondermes en
messenkooi controleren.
Maaihoogte-instelling controleren.
Vet in alle smeernippels spuiten.
Beschadigde lak bijwerken.
1.
De gloeibougie en de spuitstukken van de injector controleren als de motor moeilijk start, buitensporig
veel rook afgeeft of ongelijkmatig loopt.
2.
Onmiddellijk na elke wasbeurt, ongeacht het voorgeschreven interval
Zie de gebruikershandleiding van de motor voor verdere onderhoudsprocedures.
3467-859A
1
2
BELANGRIJK
Pagina 6–5
Voor week van:
Ma.
Di.
Wo.
Onderhoud: Controlelijst voor dagelijks onderhoud
Do.
Vr.
Za.
Zo.