Figuur 48
1. Druknagel
3.
Bevestig de kabelboom van de cabine, de
kabelboom van de sproeiervloeistofpomp en
de slang met het kabelbindergedeelte van de
druknagels
(Figuur
Opmerking:
Haal de kabelbinder aan tot deze
net nauw aansluit. Zorg ervoor dat u de slang
niet dichtknijpt of samenvouwt.
4.
Verwijder de kabelklem waarmee de kabelboom
van de cabine onderaan het voorste
cabinepaneel, aan de bestuurderszijde van de
machine is bevestigd
2. Opening (cabineframe)
48).
(Figuur
49).
g027885
1. Kabelklem
2. Slang
3. Opening (voorste
cabinepaneel, onderaan)
5.
Bevestig een druknagel op de plaats waar u de
kabelklem hebt verwijderd in stap
6.
Bevestig de kabelboom van de cabine, de
kabelboom van de sproeiervloeistofpomp en
de slang met het kabelbindergedeelte van de
druknagel
7.
Rol de overtollige kabelboom van de
sproeiervloeistofpomp op
bevestig de opgerolde kabelboom en slang met
een kabelbinder.
17
Figuur 49
4. Kabelbomen (kabelboom
van cabine en
kabelboom van
sproeiervloeistofpomp)
5. Druknagel
(Figuur
49).
(Figuur
g027888
4 (Figuur
49).
50) en