Vóór gebruik
■ Onderaanzicht
(4)
■ Zijbedieningspaneel
(6)
(5)
(1) POWER-knop (P47, P52)
Schakelt de projector in of uit.
(2) INPUT-knop (P48)
Schakelt over op een ander
ingangssignaal.
(3) LENS-knop
Bij elke druk op de knop verandert
het scherm naar scherpstelling
(P49), Zoomafstelling
(beeldformaat) (P49), of
lensverschuivingsafstelling
(beeldpositie) (P70). Gebruik voor
afstelling de [ ] / [ ] of de [ ] /
[ ]-knoppen.
(12)
(4)
35
(12) Verstelvoetjes (P77)
(13) Beveiligingsbalk
(13)
(3)
(2)
(1)
(4) MENU-knop (P123)
Laat een menu zien op het scherm.
(5) Pijl / VOL-knoppen (P121)
Omhoog, omlaag, naar links of
naar rechts bij het navigeren in
menu's of andere handelingen.
Stelt het geluidsvolume in.
[ ] VOL+-knop: Verhoogt het
volume.
[ ] VOL–-knop: Verlaagt het
volume.
(6) OK-knop (P121)
Bevestigt het item dat in het menu
geselecteerd is.