Belangrijke aanwijzingen
Bescherm het apparaat tegen sterke schokken (voorkom stoten of
laten vallen) en tegen vocht en vuil. Let erop dat de manchet niet
beschadigd raakt door spitse voorwerpen (naald, schaar, enz.).
Bij zichtbare beschadigingen, lekkage of een verkeerde stand van
de drukwijzer (bijv. een verschoven nulpunt) mag het apparaat niet
meer worden gebruikt.
Pomp niet op tot meer dan 300 mmHg!
De meettijd mag maximaal 2 min. bedragen. Tussen 2 metingen
moet een pauze van ten minste 2 min. worden ingelast.
De patiënt moet het volgende in acht nemen voor de bloeddrukmeting:
comfortabel zitten
benen niet over elkaar geslagen
NL
rug en armen moeten ergens op leunen of op andere wijze worden
ondersteund
tijdens de meting moet de patiënt zo ontspannen mogelijk zijn en mag
deze niet spreken
5 minuten rusten vóór de eerste meting
Algemene aanwijzingen voor het meten
van de eigen bloeddruk
Meting bij uzelf is nog geen therapie. Verander in geen geval
zelfstandig de dosering van medicijnen die door uw arts zijn
voorgeschreven.
1. Schommelingen in de bloeddruk zijn normaal. Zelfs bij een herhaling
van de meting kunnen aanzienlijke verschillen optreden. Eenmalige
of onregelmatige metingen leveren geen betrouwbare gegevens over
uw werkelijke bloeddruk op. Een betrouwbare beoordeling is alleen
mogelijk als u regelmatig onder vergelijkbare omstandigheden meet
en u de meetwaarden op de bloeddrukregistratiekaart noteert.
2. De meting moet altijd in rust worden uitgevoerd. Het wordt
aanbevolen de bloeddruk dagelijks twee keer te controleren:
's morgens na het opstaan en 's avonds wanneer u zich na het werk
hebt ontspannen.
94