Problemen met de hardware-installatie oplossen
Wanneer u hardware toevoegt of verwijdert, zoals een extra diskettedrive,
kan het nodig zijn het workstation opnieuw te configureren. Als
u een Plug and Play-apparaat installeert, wordt dit door bepaalde
besturingssystemen automatisch herkend, waarna de configuratie van het
workstation vanzelf wordt aangepast. Als u een apparaat installeert dat
niet compatibel is met Plug and Play, moet u het workstation opnieuw
configureren nadat de installatie van de nieuwe hardware is voltooid.
Probleem
Nieuwe apparatuur
wordt niet herkend
als onderdeel van
het systeem.
Aan de slag
Mogelijke
oorzaak
Apparaat is niet
goed geplaatst
of aangesloten.
Een of meer kabels
van het nieuwe
externe apparaat
zijn niet goed
aangesloten of
de netsnoerstekker
steekt niet in een
stopcontact.
Het nieuwe
apparaat is niet
ingeschakeld.
U heeft de
wijzigingen in
de configuratie
niet geaccepteerd
toen het systeem u
hierover
informeerde.
www.hp.com
Problemen oplossen
Aanbevolen oplossing
Controleer of het apparaat
goed is aangesloten en of
de pinnen van de connector
niet verbogen zijn.
Controleer of alle kabels
goed zijn aangesloten en of
de pinnen in de kabel of de
connector niet verbogen zijn.
Schakel het workstation uit,
schakel het externe apparaat
in en schakel vervolgens het
workstation weer in om het
apparaat in het systeem te
integreren.
Start het workstation
opnieuw op en volg de
instructies voor het
accepteren van
de wijzigingen.
4–11