Instellingen voor de opnamefunctie
2
Selecteer een functie en stel deze in.
Druk op de pijltjestoetsen <W> en <X> om een functie te
selecteren.
De instellingen van de geselecteerde functie en Uitleg worden
weergegeven op het scherm.
Draai aan het instelwiel <6> of <5> om de instelling te kiezen.
Om de witbalanscorrectie of de Beeldstijl-parameters in te
stellen, drukt u op de knop <B>.
Om de automatische witbalans in te stellen, selecteert u [Q] (of
[Qw]) en vervolgens drukt u op <0>.
Om terug te keren naar movie-opnamen, drukt u op <0> of de
knop <Q>.
U kunt ook [2] selecteren om terug te keren naar de movie-opname.
Met [z1: Geluidsopname] ingesteld op [Handmatig] en
[z5: Time-lapse-movies] ingesteld op [Inschakelen], wordt door op de
knop <Q> te drukken het geluidsopnameniveau niet weergegeven (alleen
als dit handmatig is ingesteld).
Tijdens movie-opnamen kunt u op de knop <Q> drukken om het
geluidsopnameniveau (alleen als dit handmatig is ingesteld) in te stellen.
340