Nederlands
Voorbeelden van achteraf aangebrachte wijzigingen in het netwerk:
–
Het wijzigen van de netwerkconfiguratie
–
Het verwijderen apparaten van het netwerk
–
Het toevoegen van nieuwe apparaten aan het netwerk
–
Het uitvoeren van upgrades of updates op apparaten die aan
het netwerk zijn verbonden
Informatie over aansluiting op het netwerk
Vereisten
Dit apparaat mag alleen door onderhoudspersoneel op het net-
werk worden aangesloten. De IT-afdeling van het ziekenhuis moet
vooraf worden geraadpleegd.
De volgende documenten moeten in acht worden genomen:
–
Bij dit apparaat behorende documenten
–
Beschrijving van de netwerkinterface
–
Beschrijving van de netwerk-gebaseerde alarmsystemen
Dräger adviseert om conform IEC 80001-1 (risicobeheer van
IT-netwerken voor medische hulpmiddelen) te werken.
Seriële interfaces
De volgende interfaces worden ondersteund:
–
RS-232-interfaces die voldoen aan EIA RS-232 (CCITT
V.24/V.28) voor de volgende toepassingen:
–
MEDIBUS
–
Aansluitingen op medische hulpmiddelen van andere
fabrikanten
–
Service-interface
Gebruik van het MEDIBUS-protocol
WAARSCHUWING
Risico op lichamelijk letsel bij de patiënt
Alle gegevens die via de MEDIBUS-interface worden over-
gedragen, zijn uitsluitend bedoeld voor informatie en
mogen niet worden gebruikt als enige basis voor diagnos-
tische of therapeutische beslissingen.
WAARSCHUWING
Risico op lichamelijk letsel bij de patiënt
Gegevens die worden verzonden over de MEDIBUS-inter-
face zijn niet bedoeld voor een verspreid alarmsysteem (in
de zin van bewaking op afstand) volgens de van toepassing
zijnde normen ("Relevante normen" op pagina 138). Ze die-
nen uitsluitend ter informatie en mogen niet worden
gebruikt als de enige basis voor diagnostische of therapeu-
tische beslissingen.
Voer overige diagnostische maatregelen uit.
OPMERKING
De RS-232-poort wordt gebruikt om een punt-naar-punt verbin-
ding tot stand te brengen. Ongeautoriseerde toegang tot het
apparaat kan de werking van het apparaat belemmeren.
–
Onbevoegde personen mogen geen toegang hebben tot de
gegevens die via de RS-232-poort worden verzonden.
–
Alle apparaatinterfaces moeten worden beschermd tegen
malware en computervirussen.
–
Als er gebruik wordt gemaakt van in de handel verkrijgbare
RS-232-naar-Ethernet-converters, is de gebruikende instan-
tie verantwoordelijk voor het gebruik en de juistheid van de
gegevens.
124
Informatie over het beveiligingsniveau volgens de norm
IEC TR 60601-4-5
Dit apparaat is getest in overeenstemming met de vereisten van
de norm IEC TR 60601-4-5.
Meer informatie over het door dit apparaat bereikte beveiligings-
niveau en over maatregelen die het beveiligingsniveau kunnen
verhogen, vindt u op de volgende webpagina:
https://www.draeger.com/productsecurity
De gebruiksaanwijzing bewaren
WAARSCHUWING
Risico van onjuist gebruik
De gebruiksaanwijzing moet op een voor de gebruiker toe-
gankelijke plaats worden bewaard.
Productspecifieke veiligheidsinformatie
WAARSCHUWING
Brandgevaar
Om brandgevaar te voorkomen, mogen geen medicamen-
ten of andere stoffen op basis van brandbare oplosmidde-
len, zoals alcohol, in het apparaat worden gebracht.
Gebruik ook geen explosieve anesthetica, zoals ether of
cyclopropaan en spuit ze niet in het apparaat. Als licht ont-
vlambare stoffen worden gebruikt voor desinfectie, is vol-
doende ventilatie vereist.
WAARSCHUWING
Risico op storing
Modificaties aan het medische apparaat kunnen leiden tot
storingen.
WAARSCHUWING
Risico op onvoldoende zuurstoftoevoer
De gassample-flow naar de gasmonitor kan bij een low-flow
anesthesie het volume van het beademingssysteem verla-
gen.
Compenseer dit door de versgas-flow van het anesthesie-
apparaat te verhogen of door het gassample terug te leiden
naar het beademingssysteem.
In sommige anesthesiesystemen kan de gassample-flow de
meting van het expiratoire minuutvolume beïnvloeden.
WAARSCHUWING
Risico vanwege onnauwkeurige gasmeetwaarden
Het gebruik van een andere gassample-leiding dan gespe-
cificeerd of geleverd door de fabrikant en met een onjuiste
lengte en/of diameter kan leiden tot onjuiste aflezingen en
curven van de concentratie van het anestheticum of alar-
men voor vochtvanger/samplegas-leiding.
Gebruik nooit standaard-drukmeetslangen of IV-leidingen,
omdat dit het anestheticum dat later vrijkomt (door ontgas-
sing) absorbeert en leidt tot foutief weergegeven concen-
tratiewaarden.
Aanvulling Scio Four-modules