9 Elektrische installatie
In dit hoofdstuk
9.1 Over het aansluiten van de elektrische bedrading
9.1.1 Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten van de elektrische bedrading
ERRA08~12E + ELSH/X(B)12P30+50E
Daikin Altherma 3 R MT ECH₂O
4P708486-1A – 2024.12
9.1
Over het aansluiten van de elektrische bedrading ................................................................................................................ 129
9.1.1
Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten van de elektrische bedrading ............................................................. 129
9.1.2
Richtlijnen voor het aansluiten van de elektrische bedrading.............................................................................. 130
9.1.3
Over het voldoen aan de normen inzake elektriciteit........................................................................................... 132
9.1.4
Over de elektrische voeding met voorkeur kWh-tarief ........................................................................................ 132
9.1.5
Overzicht van de elektrische verbindingen, behalve de uitwendige stelmotoren............................................... 133
9.2
Aansluitingen op de buitenunit.............................................................................................................................................. 134
9.2.1
Specificaties van standaard bedradingscomponenten ......................................................................................... 134
9.2.2
De elektrische bedrading op de buitenunit aansluiten......................................................................................... 134
9.2.3
De luchtthermistor van plaats veranderen op de buitenunit ............................................................................... 139
9.3
Aansluitingen op de binnenunit ............................................................................................................................................. 140
9.3.1
Elektrische bedrading aansluiten op de binnenunit.............................................................................................. 143
9.3.2
De hoofdvoeding aansluiten.................................................................................................................................. 144
9.3.3
De voeding van de back-upverwarming aansluiten .............................................................................................. 146
9.3.4
De back-upverwarming op de hoofdunit aansluiten............................................................................................. 149
9.3.5
De afsluiter aansluiten ........................................................................................................................................... 150
9.3.6
De elektriciteitsmeters aansluiten......................................................................................................................... 151
9.3.7
De pomp van het warm tapwater aansluiten........................................................................................................ 152
9.3.8
De alarm-output aansluiten................................................................................................................................... 153
9.3.9
De AAN/UIT-output van de ruimtekoeling/verwarming aansluiten ..................................................................... 154
9.3.10
De omschakeling naar de externe warmtebron aansluiten.................................................................................. 155
9.3.11
De digitale inputs voor het energieverbruik aansluiten........................................................................................ 156
9.3.12
De veiligheidsthermostaat (normaal gesloten contact) aansluiten...................................................................... 158
9.3.13
Een Smart Grid aansluiten ..................................................................................................................................... 159
9.3.14
De (als accessoire geleverde) WLAN-houder aansluiten ...................................................................................... 164
9.3.15
De ingang van het zonnesysteem aansluiten ........................................................................................................ 165
9.3.16
De uitgang van het warme tapwater aansluiten ................................................................................................... 165
Vooraleer de elektrische bedrading aan te sluiten
Let op de volgende punten:
▪
De koelmiddelleiding is aangesloten en gecontroleerd
▪
De waterleiding is aangesloten
Typische werkstroom
De elektrische bedrading aansluiten omvat typisch de volgende stappen:
▪
"9.2 Aansluitingen op de
▪
"9.3 Aansluitingen op de
GEVAAR: RISICO OP ELEKTROCUTIE
WAARSCHUWING
▪
Alle bedrading MOET worden uitgevoerd door een erkend elektricien en MOET
voldoen aan de nationale bedradingsvoorschriften.
▪
Sluit de elektrische verbindingen aan op de vaste bedrading.
▪
Alle ter plaatse geleverde componenten en alle elektrische constructies MOETEN
voldoen aan de geldende wetgeving.
4
buitenunit" [
134]
binnenunit" [
4
140]
9
Elektrische installatie
|
Uitgebreide handleiding voor de installateur
129