Alarmsignalen en limieten
De alarmsignalen met matige prioriteit zijn: 3 pieptonen en een pauze van 25 seconden. Deze
reeks wordt herhaald totdat het alarm opgeheven of gedempt wordt. De onderstaande tabel
beschrijft de alarmsituaties en de visuele indicators.
Alarmsituatie
Alarmmelding lage batterijspanning Batterijsignaallampje knippert synchroon met
Sensoralarm
Andere apparatuuralarmmeldingen Er verschijnt een gele foutcode op de hoofddisplay.
Bewakingsalarmsignalen
Bewakingsalarmsignalen zijn luide, constant piepende signalen met twee toonhoogten die een
hardware- of softwarestoring aanduiden. Als er een bewakingsalarm geactiveerd is, kunt u het
stoppen door het apparaat uit te zetten. Verwijder de batterij en neem contact op met uw
leverancier of de technische dienst van Nonin als u een bewakingsalarm niet kunt stoppen.
Informatietonen
Informatietonen omvatten de opstart/initialisatietoon (luidsprekercontrole) en de
pulsfrequentietoon (waarvan de toonhoogte met de SpO
meestal enkele pieptonen of reeksen van drie pieptonen.
Bekijken, instellen en wijzigen van alarmlimieten
NB: De alarmlimieten gaan automatisch terug naar de standaardwaarden telkens wanneer
het apparaat wordt opgestart, tenzij het apparaat in de modus Patiëntbeveiliging staat. In de
modus Patiëntbeveiliging kunnen de alarmlimieten en volumes niet worden gewijzigd, ze
kunnen alleen worden bekeken.
Alarmlimieten voor SpO
1. Druk op de alarmlimietknop en verifieer het volgende:
• De lampjes rechts van de alarmlimietknop branden. Het bovenste lampje geeft de
bovenste alarmlimiet aan en het onderste lampje geeft de onderste alarmlimiet aan.
• De op dat moment gebruikte instelling verschijnt op de %SpO
2. Deze limieten kunnen gewijzigd worden met de plusknop (+) en de minknop (-), totdat de
gewenste limieten worden weergegeven.
NB: Met de alarmlimietknop kan de gebruiker deze functie handmatig afsluiten; u kunt ook
tien seconden wachten totdat het apparaat automatisch afsluit.
Tabel 8: Alarmsignalen met matige prioriteit
hoofdalarmlampje.
Signaallampje van pulsoxymetersensor knippert synchroon
met hoofdalarmlampje.
en/of puls
2
Visuele indicator
-waarden verandert). Het zijn
2
-display.
2
17