11. [Kopieermachine]
Druk op deze toets om kopieën te maken.
Voor meer informatie over het gebruik van de kopieerfunctie, zie Kopiëren / Document Server.
12. [Scanner]
Druk op deze toets om originelen te scannen en beelden op te slaan als bestanden.
Voor meer informatie over het gebruik van de scannerfunctie, zie de handleiding Scannen.
13. [Printer]
Druk op deze toets om het apparaat als printer te gebruiken.
Voor meer informatie over het maken van instellingen voor de printerfunctie, zie Afdrukken.
14. [Documentserver]
Druk op deze toets om documenten op de harde schijf van het apparaat op te slaan of af te drukken.
Voor meer informatie over het gebruik van de functie Documentserver, zie de handleiding Kopiëren /
Document Server.
15.
/
Druk op deze toetsen om naar een andere pagina te gaan wanneer de pictogrammen niet op één pagina
kunnen worden weergegeven.
16. Snelkoppelingen
U kunt snelkoppelingen naar programma's aan het [Home]-scherm toevoegen. Voor meer informatie over het
registreren van snelkoppelingen, zie Pag. 52 "Pictogrammen toevoegen aan het [Home]-scherm (bij
gebruik van het standaard bedieningspaneel)". Het programmanummer verschijnt onderaan het pictogram
van de snelkoppeling. Voor meer informatie over voorbeelden van snelkoppelingen die u kunt
programmeren, zie Handige functies.
17. [Adresboekbeheer]
Druk hierop om het adresboek weer te geven.
Voor meer informatie over het gebruik van het adresboek, zie de handleiding Het apparaat aansluiten /
Systeeminstellingen.
• Als er een geïntegreerde softwaretoepassing geïnstalleerd is, wordt er een functiepictogram voor
de toepassing weergegeven op het [Home]-scherm.
• U kunt de volgorde van de pictogrammen wijzigen. Zie Handige functies voor meer informatie.
• In het vereenvoudigde scherm worden er op elke pagina maximaal 8 pictogrammen
weergegeven. Letters en toetsen worden in een groter formaat getoond om de bediening te
vergemakkelijken. Op het standaardscherm worden er op elke pagina maximaal twaalf
pictogrammen weergegeven. Voor meer informatie, zie Snel aan de slag.
Het [Home]-scherm gebruiken (bij gebruik van het standaard bedieningspaneel)
51