3. Gebruik de numerieke toetsen om de tijd op te geven waarop het apparaat moet worden
ingeschakeld.
U kunt de uren opgeven van 0 tot 24 en de minuten met stappen van 10 minuten.
4. Druk op de knop OK om de tijd waarop het apparaat moet worden ingeschakeld te bevestigen.
Zodra u de tijd waarop het apparaat moet worden ingeschakeld hebt bevestigd, wordt het scherm
waarop u de dag kunt opgeven weergegeven. Gebruik de knop
gebruik de knop
vervolgens op OK. De instelling is geldig op de dag(en) waarvoor u Inschakelen (Enable)
selecteert.
Als u de tijd en de datum opgeeft waarop het apparaat moet worden uitgeschakeld:
1. Selecteer Stroomregeling - instell. UIT (Power control - OFF settings) en druk vervolgens op
de knop OK.
2. Selecteer Inschakelen (Enable) in het weergegeven scherm en druk op de knop OK.
Het onderstaande scherm wordt weergegeven.
3. Gebruik de numerieke toetsen om de tijd op te geven waarop het apparaat moet worden
uitgeschakeld.
U kunt de uren opgeven van 0 tot 24 en de minuten met stappen van 10 minuten.
4. Druk op de knop OK om de tijd waarop het apparaat moet worden uitgeschakeld te bevestigen.
Zodra u de tijd waarop het apparaat moet worden uitgeschakeld hebt bevestigd, wordt het scherm
waarop u de dag kunt opgeven weergegeven. Gebruik de knop
gebruik de knop
vervolgens op OK. De instelling is geldig op de dag(en) waarvoor u Inschakelen (Enable)
selecteert.
om Inschakelen (Enable) of Uitschakelen (Disable) te selecteren en druk
om Inschakelen (Enable) of Uitschakelen (Disable) te selecteren en druk
277
om de dag te selecteren,
om de dag te selecteren,