3
Steek de stekker van de lichtnetadapter in de stroomaansluiting aan de
achterkant van de scanner.
4
Sluit de scanner met de meegeleverde USB-kabel aan op de computer.
16
Vorige
Inhoud
3. Het apparaat inschakelen
Als u de computer en de scanner de eerste keer inschakelt, herkent de Plug-
and-Play-functie van Windows de scanner en zal het vereiste stuurprogramma
automatisch worden geïnstalleerd.
ATTENTIE
•
Wacht na het uitschakelen altijd minstens 10 seconden voordat u weer
inschakelt.
•
Als de scanner langere tijd niet wordt gebruikt, verwijder dan om
veiligheidsredenen het netsnoer uit het stopcontact.
Scannerherkenning
De scanner wordt herkend als deze voor het eerst op de computer wordt
aangesloten.
1
Zorg ervoor dat de computer en scanner juist op elkaar zijn aangesloten.
2
Druk op de stroomschakelaar aan de achterkant van de scanner om de
scanner in te schakelen (I).
Vorige pagina Volgende pagina
ON (AAN)
DR-2010C / DR-2510C
DR-2010C / DR-2510C