4 Aan de slag
1.4 Opstarten
Nadat u de SIM-kaart en batterij hebt geplaatst en de batterij hebt opgeladen, kunt
u het toestel inschakelen en gebruiken.
Het toestel in- en uitschakelen
Inschakelen
1.
Druk op de Aan/uit-toets.
2.
Als u het toestel voor het eerst inschakelt, helpt de wizard Snelle start u door
het ijken van het scherm en het instellen van de datum, tijd en wachtwoord.
Zie ook hoofdstuk 1 voor meer informatie over deze instellingen. Nadat
de Snel Starten Wizard is voltooid, installeert het toestel de aangepaste
instellingen en start opnieuw op.
Uitschakelen
1.
Houd de AAN/UIT-toets enkele seconden ingedrukt.
2.
Tik op Ja wanneer een bericht verschijnt met de vraag of u het toestel
volledig wilt uitschakelen of niet.
De instellingen van de gegevensverbinding automatisch
configureren
De eerste keer dat u het toestel inschakelt, ziet u een melding van
Verbindingsinstelling op het scherm. Verbindingsinstelling kan automatisch de
gegevensverbindingen, zoals g/edge/gprs, mms en wap van het toestel configureren,
zodat u deze instellingen niet handmatig in het toestel hoeft in te voeren.