De effectieve voedingsspanning van de gebruikers mag niet meer dan 10% afwijken van de
voorziene normale spanning. Grotere spanningsverschillen veroorzaken schade aan de gebruikers
en de elektrische installatie, een storing in de ventilatoren en geluid. Het is daarom belangrijk dat
geverifieerd wordt of de effectieve en nominale spanningswaarde overeenstemmen.
Controleer na de aansluiting of:
• de aarding voldoende is (met een geschikt instrument). Een verkeerde, slecht werkende of geen
aansluiting op de aarding is in strijd met de veiligheidsnormen, kan gevaarlijk zijn en schade aan de
apparaten van de machine veroorzaken;
• De draairichting van de motor is correct;
• De aansluitingen en de stroomopname van de motor juist zijn.
Aansluiting omgevingsthermostaat
Samen met de machine wordt een omgevingsthermostaat geleverd die op de derde en vierde aansluitk-
lem van onder moet worden aangesloten, zie de afbeelding
O G
P R
-
24
CE+
4
3
CE-
CE-
+
CE+
8
aansluiting op thermostaat