Afkoppel van de
●
ontladingsaansluiting:
Haal de stekker van het
●
ontladingsapparaat uit het
stopcontact.
Sluit de dop van de oplaadpoort
●
en de poortdeur (zie de
instructies voor het modus 2-
opladen).
Organiseren van de apparatuur:
●
Sla de apparatuur op de juiste
●
wijze op wanneer het ontladen is
voltooid.
Accu
Hoogspanningsaccu
Het voertuig wordt gevoed door een
●
hoogspanningsaccu die herhaaldelijk
kan worden opgeladen en ontladen.
De hoogspanningsaccu wordt
opgeladen door een externe
stroombron of door
energieterugwinning wanneer het
voertuig remt of rolt.
De hoogspanningsaccu bevindt zich
●
onder de vloer van het voertuig.
Zorg er dus voor dat u deze niet
stoot wanneer u op hobbelige of
oneffen wegen rijdt.
Eigenschappen accu
Het is normaal dat de prestaties van
●
het voertuig worden beïnvloed door
de elektrochemische eigenschappen
van de accu en de zelfbescherming,
en dit varieert enigszins in de
volgende omstandigheden:
Wanneer de laadstatus hoog is,
●
kunnen de regeneratieve
remprestaties afnemen.
Het voertuig schakelt bij hoge
●
laadstatus over naar de
98
druppellaadmodus. Als de
laadtijd verlengd wordt, is de
geschatte resterende laadtijd die
op het instrumentenpaneel wordt
weergegeven mogelijk niet
nauwkeurig.
Wanneer de laadstatus laag is,
●
kan de acceleratie afnemen.
Wanneer de hoogspanningsaccu
●
bijna leeg is, kan V2L* niet
normaal worden gebruikt. Laad
de accu onmiddellijk op.
Bij hoge of lage temperaturen is
●
het normaal dat de laad- en
ontlaadmogelijkheden van de
hoogspanningsaccu afnemen en
de laadtijd wordt verlengd. Voor
snel opladen wordt krachtige
laadapparatuur aanbevolen. De
vermogensprestaties kunnen ook
afnemen bij extreme
temperaturen.
Voor opladen bij lage
●
temperaturen kan het
temperatuurregelsysteem de
laadcapaciteit aanzienlijk
verbeteren. Raadpleeg de
voorzorgsmaatregelen voor
opladen voor meer informatie
over opladen bij lage
temperatuur.
Wanneer het voertuig bij lage
●
temperaturen wordt gebruikt,
begint het
temperatuurregelsysteem van de
accu de accu te verwarmen om
het rijvermogen en de
ontlaadprestaties te garanderen
en uw rijervaring te verbeteren.
Wanneer het voertuig over korte
afstanden wordt gereden, kan
verwarming ondoeltreffend zijn,
wat het stroomverbruik verhoogt
en het rijbereik vermindert.