Opladen/ontladen
Instructies voor opladen
Laadapparatuur gebruikt
●
hoogspanningsstroom. Het is
minderjarigen verboden het voertuig
op te laden of de laadapparatuur
aan te raken. Houd ze uit de buurt
van het voertuig tijdens het opladen.
Het opladen kan van invloed zijn op
●
medische of geïmplanteerde
elektronische apparaten. Raadpleeg
de fabrikant van het apparaat
voordat u het oplaadt.
Laad het voertuig op in een relatief
●
veilige omgeving en vermijd opladen
in vochtige gebieden of gebieden
met vuur of warmtebronnen.
Bescherm de laadapparatuur
●
tegen contact met water op
regenachtige dagen.
Voordat u oplaadt:
●
Zorg ervoor dat de
●
voedingsapparatuur, de
oplaadconnector, de oplaadpoort
en het oplaadaansluitapparaat
vrij zijn van defecten, zoals
kabelslijtage, verroeste poorten,
gebarsten behuizingen of
vreemde voorwerpen in de
poorten.
Laad het voertuig niet op
●
wanneer de stekker, het
stopcontact of de metalen
aansluitpunten van de
laadconnector of poort loszitten
of beschadigd zijn door roest of
corrosie.
Als de oplaadconnector, -poort, -
●
stekker of -aansluiting zichtbaar
vuil of vochtig is, veegt u deze af
met een droge en schone doek
om ervoor te zorgen dat de
aansluiting droog en schoon is.
84
Gebruik laadapparatuur die voldoet
●
aan de lokale normen.
Wijzig, demonteer of repareer de
●
laadapparatuur en bijbehorende
poorten niet om een storing of
brand te voorkomen.
Gebruik geen laadapparatuur die
●
niet voldoet aan de
veiligheidsnormen of die
potentiële veiligheidsrisico's met
zich meebrengt. Laat kinderen de
oplaadapparatuur niet gebruiken
en houd dieren uit de buurt van
het voertuig tijdens het opladen.
Zorg ervoor dat uw handen goed
●
droog zijn voordat u oplaadt.
Als er tijdens het opladen iets
●
abnormaals in het voertuig of de
laadapparatuur wordt aangetroffen,
stop dan onmiddellijk en neem
contact op met een erkende BYD-
dealer of -garage.
Neem altijd de volgende
●
voorzorgsmaatregelen voor het
opladen in acht om schade aan het
voertuig te voorkomen:
Schud de oplaadconnector niet,
●
anders kan de oplaadpoort van
het voertuig beschadigd raken.
Laad het voertuig waar mogelijk
●
niet op tijdens onweer, met het
risico op blikseminslag.
Open de motorkap niet voor
●
onderhoud tijdens het opladen.
Koppel de laadapparatuur na het
●
opladen niet los met natte handen of
terwijl u op een nat oppervlak staat.
Controleer voordat u gaat rijden
●
of de laadapparatuur is
losgekoppeld van de laadpoort.
Compatibiliteit van voertuig en
laadinfrastructuur