Gebruikershandleiding voor de
5.
Werp de LifeBand weg, omdat die voor eenmalig gebruik dient en telkens na gebruik bij een
patiënt moet worden vervangen. Behandel de LifeBand als besmet medisch afval en voer deze
als zodanig af. De LifeBand bevat geen onderdelen waaraan de gebruikers onderhoud kunnen
uitvoeren.
6.
Controleer de nieuwe, vervangende LifeBand op insnijdingen en scheuren.
7.
Installeer de nieuwe LifeBand overeenkomstig de procedures in paragraaf 2.1.1, 'De LifeBand
installeren'.
2.1.2.1
Een LifeBand verwijderen die in- of doorgesneden is of zich niet in de basispositie
bevindt
De thoraxband kan pas worden verwijderd nadat hij volledig van de aandrijfas is losgehaald.
Als de thoraxband volledig is losgehaald, is de naad te zien en rust de aandrijfas in de basispositie
(zie afbeelding 2-10). Totdat een LifeBand is geïnstalleerd, zorgt een vergrendelingsmechanisme ervoor
dat de aandrijfas in de basispositie blijft. Deze vergrendeling mag niet ongedaan worden gemaakt.
Afbeelding 2-8
LifeBand NIET in de basispositie: niet verwijderen!
Als de bandclip wordt verwijderd terwijl de aandrijfas niet in de basispositie staat, wordt er een
permanent gebruikersadvies (45) gegeven dat de gebruiker niet kan opheffen. De LifeBand mag
UITSLUITEND vanuit de basispositie van de aandrijfas worden verwijderd.
Als de thoraxbanden zijn doorgeknipt of doorgesneden, is het mogelijk dat de thoraxband nog op de
aandrijfas is gewonden. Behoedzaamheid is geboden om te zorgen dat de banden volledig zijn uitgerold
voordat de afdekplaat wordt geopend en de bandclip wordt verwijderd.
Pagina 2-7