Individuele temperatuur instellen
Wanneer op een bepaald moment de ingestelde temperatuur van de
kamerthermostaat niet naar wens is (te warm of te koud), kan de inge-
stelde temperatuur tot aan het volgende schakelpunt worden gewijzigd.
1. Druk op S.
F De huidige ingestelde temperatuur knip-
pert.
2. Stel met + en - de gewenste temperatuur
in.
3. Bevestig de ingestelde temperatuur met S.
F De kamerthermostaat keert terug naar de
normale weergave en regelt op de inge-
stelde individuele temperatuur tot aan de
volgende schakeltijd in het tijdprogramma.
Zolang op de individuele temperatuur
wordt geregeld, wordt geen bedrijfsstand
(comfort, verlaging, vorstbeveiliging) weer-
gegeven omdat geen van de daar inge-
stelde temperaturen geldig is.
i
Aanwijzing
Wanneer niet op S wordt gedrukt, keert het display na 5 s weer terug
naar de normale weergave. Eventuele wijzigingen van de ingestelde
temperatuur worden in dat geval niet toegepast.
Tijdprogramma weer activeren
1. Met P wordt het tijdprogramma weer geactiveerd.
6
Instellingen in het programmamenu
In het programmamenu kunnen onderstaande instellingen worden
gewijzigd:
• Tijd en datum (menuonderdeel Uhr)
• Temperatuurstanden (menuonderdeel tEmP)
• Tijdprogramma (menuonderdeel ProG)
• Vakantiefunctie (menuonderdeel UrLb)
• Vorstbeveiligingsfunctie (menuonderdeel FrSt)
• Selectie van de bedrijfsstand (menuonderdeel ModE)
Programmamenu starten
1. Houd in de normale weergave P langer dan 5 s ingedrukt.
2. Selecteer met + en - het gewenste menuo-
nderdeel.
Het voorbeeld hiernaast toont het eerste
menuonderdeel, de tijd.
3. Open met S het gewenste menuonderdeel.