Hoofdstuk 3 - Overzicht en werking van scherm
b.
Druk op de invoertoets om naar de volgende letter te gaan.
c.
Druk op de PAGES-toets om Save (opslaan) te markeren en druk op de invoertoets om de wijzigingen te
bevestigen.
NB: Als u wilt afsluiten drukt u op de paginatoets om de keuzetabulator naar de navigatievoettekst te
verplaatsen; druk vervolgens op de pijltoetsen om de X te selecteren en druk tenslotte op de invoertoets. U keert
zo terug naar het hoofdscherm zonder de nieuwe gegevens op te slaan.
Een aangepast vertrekprofiel maken
Een aangepast vertrekprofiel maken wordt gebruikt om een aangepast vertrekprofiel te maken. U kunt het instelpunt voor
toerental of snelheid, de toenamesnelheid, de overschrijding en de overschrijdingsduur aanpassen. Wanneer u deze optie
selecteert, wordt in het gebruiker-geselecteerde gegevensvenster het instelscherm voor het aangepaste profiel geopend.
•
Druk op de PAGES-toets om de keuzetabulator naar de in te stellen velden te verplaatsen. Gebruik de pijltoetsen om
de waarde van het geselecteerde item te wijzigen.
•
Gebruik de PAGES-toets om na het voltooien van het aangepaste profiel Next (volgende) of Xte markeren.
a.
Als u Next (volgende)selecteert, wordt in het gebruiker-geselecteerde gegevensvenster SAVE AS NEW (als
nieuw opslaan) weergegeven, waarmee u het nieuwe vertrekprofiel een aangepaste naam kunt geven. Druk op
de invoertoets om de selectie te aanvaarden.
b.
Als u Xselecteert, worden de instellingen van het aangepaste profiel niet opgeslagen en opent het Smart Tow
hoofdscherm weer.
Smart Tow uitschakelen
Om Smart Tow uit te schakelen, selecteert u DISABLE (uitschakelen). VesselView draagt de regeling van de gasfunctie
dan weer over aan de bestuurder. Als Smart Tow is ingeschakeld en u de gashendel op een punt onder de streefsnelheid
zet, wordt de vaarsnelheid van de boot verlaagd; het is echter niet mogelijk om de topsnelheid van de boot tot meer dan de
streefsnelheid te verhogen.
Cruise control-modus
Cruisecontrol
Met de cruisecontrolfunctie kunt u een instelpunt selecteren en de waarde hiervan aanpassen zodat de boot met een vaste
snelheid of vast motortoerental blijft varen.
•
De cruisecontrol wordt op het toerental gebaseerd, tenzij in het CAN-netwerk van de boot een Mercury Marine GPS is
opgenomen.
•
Als er een Mercury Marine GPS aan boord is, is de snelheid de standaardinstelling.
•
U kunt op het toerental of op de snelheid gebaseerde instelpunten selecteren. De keuzemogelijkheden voor cruise
control kunnen worden gewijzigd in het menu Settings (instellingen) .
Bladzijde 36
52284
52286
57378
90-8M0126147
MAART 2016
nld