zwemmen in open water wordt de swolfscore berekend over
25 meter. Swolf is een meeteenheid voor zwemefficiency en,
net als bij golf, een lage score is beter dan een hoge.
Slagtypen
Identificatie van het type slag is alleen beschikbaar voor
zwemmen in een zwembad. Het type slag wordt aan het eind
van een baan weergegeven. Slagtypen worden weergegeven in
uw zwemgeschiedenis en in uw Garmin Connect account. U
kunt ook een slagtype selecteren als een aangepast
gegevensveld
(Gegevensschermen aanpassen, pagina
Vrij
Vrije slag
Terug
Rugslag
Borst
Borstslag
Vlinder Vlinderslag
Wissel
Meerdere slagtypen in een interval
Training Voor het vastleggen van oefeningen
ningslog, pagina
7)
Tips voor zwemactiviteiten
• Volg de instructies op het scherm om de grootte van het
zwembad te selecteren of een aangepaste grootte in te
voeren voordat u een zwemactiviteit start.
Als u weer een zwemactiviteit in een zwembad start, gebruikt
het toestel de grootte van dit zwembad. U kunt MENU
ingedrukt houden, de activiteitsinstellingen selecteren en
Grootte van bad selecteren om de grootte te wijzigen.
• Druk op LAP om een rustpauze vast te leggen tijdens het
zwemmen in een zwembad.
Het toestel legt automatisch de zwemintervallen en de banen
voor zwemmen in een zwembad vast.
• Druk op LAP om interval vast te leggen tijdens het zwemmen
in open water.
Rusten tijdens zwemmen in een zwembad
Op het standaardrustscherm worden twee rust-timers
weergegeven. Ook worden het tijdstip en de afstand van het
laatste voltooide interval weergegeven.
OPMERKING: Tijdens een rustperiode worden geen
zwemgegevens vastgelegd.
1
Selecteer tijdens uw zwemactiviteit LAP om een rustperiode
te starten.
De schermweergave verandert in witte tekst op een zwarte
achtergrond en het rustscherm wordt weergegeven.
2
Druk tijdens een rustperiode op UP of DOWN om andere
gegevensschermen weer te geven (optioneel).
3
Druk op LAP en ga verder met zwemmen.
4
Herhaal de procedure voor volgende rustintervallen.
Training met het trainingslog
De trainingslogfunctie is alleen beschikbaar voor zwemmen in
een zwembad. Met deze functie kunt u handmatig kick set-
oefeningen, zwemoefeningen met één arm of andere
zwemoefeningen vastleggen die afwijken van de vier
belangrijkste zwemslagen.
1
Druk tijdens uw zwemactiviteit op UP of DOWN om het
oefeninglogscherm weer te geven.
2
Druk op LAP om de oefeningstimer te starten.
3
Druk op LAP na afloop van uw oefeninginterval.
De oefeningstimer stopt, maar de activiteitentimer blijft de
hele zwemsessie vastleggen.
4
Selecteer een afstand voor de voltooide oefening.
Afstandsinstellingen worden gebaseerd op de voor het
activiteitenprofiel geselecteerde zwembadafmetingen.
5
Selecteer een optie:
Activiteiten en apps
Polshartslagmeting uitschakelen tijdens zwemmen
Polshartslagmeting is standaard ingeschakeld voor
zwemactiviteiten. Het toestel is compatibel met het HRM-Tri
accessoire en het HRM-Swim
van zowel de polshartslag als de borsthartslag beschikbaar zijn,
34).
gebruikt uw toestel de borsthartslaggegevens.
1
2
Golfen
(Training met het trai-
Golfen
Voordat u gaat golfen, moet u ervoor zorgen dat het toestel is
opgeladen
1
2
3
4
5
6
7
8
Hole-informatie
Het toestel geeft de hole weer die u nu speelt, en schakelt
automatisch over naar de volgende hole wanneer u naar een
nieuwe hole gaat.
OPMERKING: Omdat pinlocaties veranderen, berekent het
toestel de afstand tot het begin, midden en einde van de green,
maar niet de pinlocatie zelf.
Grote cijfers
U kunt de grootte van de getallen in de hole-informatiewijzigen.
Houd MENU ingedrukt, selecteer de activiteitinstellingen en
selecteer Grote cijfers.
• Druk op LAP als u een andere oefeninginterval wilt
starten.
• Druk op UP of DOWN om terug te keren naar de
zwemtrainingsschermen en een zweminterval te starten.
Houd MENU ingedrukt vanuit de hartslagwidget.
OPMERKING: U moet mogelijk de widget toevoegen aan uw
widgetlijst
(De widgetlijst aanpassen, pagina
Selecteer Opties > Tijdens zwemmen > Uit.
(Het toestel opladen, pagina
Druk op de watch face op START.
Selecteer Golfen.
Ga naar buiten en wacht tot het toestel satellieten heeft
gevonden.
Selecteer een baan in de lijst met beschikbare golfbanen.
Stel indien nodig de driverafstand in.
Selecteer Ja om de score bij te houden.
Selecteer een tee box.
Nadat u de ronde hebt voltooid, drukt u op START en
selecteert u Einde van ronde.
Nummer van huidige hole
Afstand tot het einde van de green
Afstand tot het midden van de green
Afstand tot het begin van de green
Par voor de hole
Kaart van de green
Afstand van de driver tot de tee box
™
accessoire. Als de gegevens
37).
1).
™
7