3.1.1 Aanmaken van tijdgestuurde programma's
3.1.1.5
Bevestig de informatietekst voor het gebruik
van de astrofunctie met "Verder". Met "Terug"
keert u terug naar het vorige beeldscherm.
3.1.1.6
Indien u de astrofunctie in dit programma wilt
gebruiken, bevestigt u met "Ja". U kan dan
later nog individueel bij ieder schakeltijdstip de
astrofunctie toelaten (verder met beeldscherm
3.1.1.7).
Indien u in dit programma de astrofunctie niet
wilt gebruiken, drukt u op "Nee" (verder met
3.1.1.10).
3.1.1.7
Daarna kan u respectievelijk de astrotijd-
verschuivingen voor 's ochtends en 's avonds
instellen. Bevestig de informatietekst met
"Verder". Met "Terug" keert u terug naar het
vorige beeldscherm.
3.1.1.8
Stel de verschuiving voor 's ochtends direct in
=
>
met de cijfertoetsen of met "
" en "
". Het
voorteken kan u zowel met de toets "*" als met
de toets "#" veranderen. De maximaal
mogelijke verschuiving bedraagt telkens ± 120
min. Bevestig uw keuze met "Ok".
3.1.1.9
Eerst volgt een informatiebeeldscherm voor
de astrotijd-verschuiving 's avonds. Bevestig
dit met "Verder". Stel daarna de verschuiving
voor 's avonds in zoals beschreven bij
beeldscherm 3.1.1.8.
- 111 -