Inhoudsopgave
Advertenties
10. Opheffen van storingen
Na een stroomuitval is het codeslot met de bestaande programmeringen weer klaar voor ge-
bruik. Het codeslot werkt echter niet tijdens een stroomstoring.
Afhankelijk van het bedoelde gebruik, raden wij aan om de codevergrendeling om
veiligheidsredenen uit te voeren op een ononderbroken stroomvoorziening (zoals bij
een alarmsysteem).
Na het inschakelen van de bedrijfsspanning bij de eerste inbedrijfname knippert de LED
afwisselend groen/blauw
• Het deurcontact (bruine kabel, "Reed") is onderbroken, de deur staat open. In dit geval is
programmeren niet mogelijk. Sluit de deur.
• Als alternatief kan de bruine kabel ("Reed") worden aangesloten op GND/- (zwarte kabel). Dit
simuleert een gesloten deur.
De LED knippert afwisselend groen/rood
• De AUX-uitgang wordt geactiveerd en tegelijkertijd wordt het deurcontact (bruine kabel,
"Reed") onderbroken, de deur staat open. In dit geval is programmeren niet mogelijk. Sluit
de deur.
Geen bediening via de toetsen mogelijk, er wordt geen code aangenomen
• De lichtsensor aan de achterkant van het codeslot ligt niet in het donker. Plak het eventueel
tijdelijk af met een strook ondoorzichtig plakband.
De deuropener schakelt niet
• Het wisselcontact is potentiaalvrij. Dat betekent dat u de externe bedrading overeenkomstig
moet uitvoeren, omdat het codeslot geen voeding voor de deuropener biedt.
• Als de deuropener voorzien is van een polariteitsmarkering (plus/+ en min/-), zorg er dan voor
dat deze correct is aangesloten op het codeslot en de voeding.
• Controleer de polariteit van de beveiligingsdiode die op de deuropener is aangesloten.
• De gebruikte transponder is niet ingeleerd.
• Het wisselcontact kan niet worden geactiveerd met de AUX-transponder of de mastertrans-
ponder.
• Gebruik de juiste bedrading van het NO/NC-contact volgens de gebruikte deuropener (fail-
safe of fail-secure-deuropener).
36
Advertenties
Inhoudsopgave
