Inhoudsopgave
Advertenties
— — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
NAAISTEKEN
03
g
Selecteer steek
• Zie "Steken selecteren" (pagina 72) voor
meer informatie.
VOORZICHTIG
● Wanneer u ritsvoet "I" gebruikt, moet u
de rechte steek selecteren (middelste
naaldstand) en het handwiel langzaam
naar u toe (tegen de klok in) draaien om
te controleren dat de naald de persvoet
niet raakt. Als een andere steek is
geselecteerd of als de naald de persvoet
raakt, kan de naald verbuigen of breken.
h
Naai de rits aan het stuk stof met de extra 3
mm (1/8 inch), te beginnen vanaf de basis van
de rits.
VOORZICHTIG
● Zorg bij het naaien dat de naald de rits
niet raakt. Anders kan de naald verbuigen
of breken.
i
Wanneer u ongeveer 5 cm (2 inch) van het
eind van de rits bent, stopt u de machine met
de naald omlaag (in de stof ); vervolgens zet u
de persvoethendel omhoog, opent u de rits en
gaat u verder met naaien.
94
.
j
Sluit de rits, draai de stof om en rijg de andere
kant van de rits aan de stof vast.
a Rijgsteken
k
Bevestig de persvoethouder aan de andere pin
van ritsvoet "I".
f
Als u in stap
de persvoethouder aan de
rechterpin had bevestigd, dan zet u deze nu
aan de linkerpin.
2
a Pin aan de linkerkant
b Naaldpositie
l
Naai versteviging rond de rits.
Naai achteruit aan het eind van de ritsopening
en leg de tanden van de rits op één lijn met de
zijkant van de persvoet.
2
1
a Voorkant van de stof
b Einde ritsopening
c Achteruitnaaien
d Begin van de steken
e Rijgsteken
VOORZICHTIG
● Zorg bij het naaien dat de naald de rits
niet raakt. Anders kan de naald verbuigen
of breken.
1
1
I
3
4
5
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
