Specificeren van het aantal cijfers in het display
Om dit te specificeren:
Aantal decimale plaatsen
Aantal significante cijfers
Weergavebereik van
exponenten
Voorbeelden van de aanduiding van rekenresultaten
• Fix: De waarde die u specificeert (van 0 tot en met 9) bepaalt het
aantal decimale plaatsen voor aangegeven rekenresultaten.
Rekenresultaten worden afgerond tot het gespecificeerde cijfer
voordat ze worden weergegeven.
Voorbeeld: 100 ÷ 7 = 14,286 (Fix3)
• Sci: De waarde die u specificeert (van 1 tot en met 10) bepaalt het
aantal significante cijfers voor aangegeven rekenresultaten.
Rekenresultaten worden afgerond tot het gespecificeerde cijfer
voordat ze worden weergegeven.
Voorbeeld: 1 ÷ 7 = 1,4286 × 10
• Norm: Door één van de twee beschikbare instellingen (Norm1,
Norm2) in te stellen bepaalt u het bereik waarbinnen resultaten
worden weergegeven in een niet-exponentieel formaat. Buiten dat
gespecificeerde bereik worden resultaten weergegeven met behulp
van het exponentiële formaat.
–2
Norm1: 10
–9
Norm2: 10
Voorbeeld: 1 ÷ 200 = 5 × 10
Specificeren van het breukweergaveformaat
Om dit formaat voor de
breukweergave te specificeren:
Gemengd
Onecht
Specificeren van het statistische weergaveformaat
Volg de volgende procedure om de weergave van de frequentiekolom
(FREQ) van het STAT editor beeldscherm van de STAT functie in of
uit te schakelen.
Om dit te specificeren:
FREQ kolom tonen
FREQ kolom verbergen
14,29 (Fix2)
1,429 × 10
>
,
> 10
x
x
>
,
> 10
x
x
0,005
1Nc3(STAT)1(ON)
1Nc3(STAT)2(OFF)
Voer deze toetsbewerking uit:
1N6(Fix)0–9
1N7(Sci)0–9
1N8(Norm)1(Norm1)
of 2(Norm2)
–1
(Sci5)
–1
(Sci4)
10
10
–3
(Norm1)
(Norm2)
Voer deze toetsbewerking uit:
1Nc1(ab/c)
1Nc2(d/c)
Voer deze toetsbewerking uit:
D-9