Controles vóór het opstarten
Algemeen
Voer na de installatie van de machine de volgende procedure uit om te controleren of de installatie goed is uitgevoerd:
Open de hoofdschakelaar op de hoofdvoeding van de machine alvorens servicewerkzaamheden uit te voeren aan de
machine.
Wanneer de machine uit staat, maar de stroomonderbreker is gesloten, staan ook de ongebruikte circuits onder stroom.
Open nooit de behuizing van het klemmenbord van de compressoren wanneer de stroomonderbreker van de unit nog
gesloten is.
Na het uitschakelen van de unit bevatten de condensatoren van het middencircuit van de inverter nog korte tijd een
lading met hoogspanning. Het duurt ongeveer 5 minuten alvorens de condensatoren volledig ontladen zijn. Wacht tot de
led's op de inverter uit zijn alvorens te werken aan onderdelen die mogelijk nog onder stroom staan. Zie de handleiding
van de inverter voor meer informatie.
Inspecteer alle elektrische aansluitingen op de voedingscircuits en de compressoren inclusief de contactgevers,
zekeringhouders en elektrische klemmen en controleer of ze schoon en goed vastgemaakt zijn. Deze controles worden
al uitgevoerd in de fabriek op elke machine die wordt verzonden, maar sommige elektrische aansluitingen kunnen
loskomen door trillingen tijdens het transport.
Controleer of de elektrische klemmen van de kabels goed vastgemaakt zijn. Een losse kabel kan oververhitten en voor
problemen met de compressoren zorgen.
Open de pers-, vloeistof-, vloeistofinspuit- en aanzuigkleppen (indien geïnstalleerd).
Start de compressoren niet op als de pers-, vloeistof-, vloeistofinspuit- of aanzuigkleppen dicht zijn. Als deze kleppen niet
open zijn, kunt u de compressor zwaar beschadigen.
Zet alle ventilatoronderbrekers (van F16 t/m F20 en van F26 t/m F30) op On.
Als de ventilatoronderbrekers nog open staan, zullen beide compressoren uitgeschakeld worden wegens hoge druk
(koelerstand) of lage druk (warmtepompstand) wanneer de machine de eerste keer wordt opgestart. Om het
hogedrukalarm te resetten, moet u de compressorruimte openen en de mechanische hogedrukschakelaar resetten.
Controleer de voedingsspanning aan de aansluitpunten van de deurschakelaar. De voedingsspanning moet identiek zijn
aan de waarde op het typeplaatje. Maximum toegestane afwijking 10%.
De spanningsonbalans tussen de drie fasen mag niet groter zijn dan 3%.
De unit is standaard uitgerust met een fasebewaking die voorkomt dat de compressoren en ventilatoren opstarten
ingeval van verkeerde fasevolgorde. Sluit de elektrische klemmen juist aan op de stroomonderbreker om voor een
alarmvrije werking te zorgen. Als de fasebewaking een alarm activeert wanneer de machine is opgestart, volstaat het om
twee fasen om te wisselen aan de hoofdschakelaar (voeding unit). Draai de bedrading aan de motor nooit om.
Vul het watercircuit, ontlucht het systeem op het hoogste punt en open de luchtklep boven het verdamperhuis. Vergeet
ze na het vullen niet weer te sluiten. De ontwerpdruk aan de waterzijde van de verdamper is 10,0 bar. Deze waarde mag
op geen enkel ogenblik tijdens de levensduur van de machine worden overschreden.
D-EIMHP00504-14NL - 44/60
LET OP
LET OP
LET OP
LET OP
BELANGRIJK